Een nieuw Brits onderzoek heeft uitgewezen wat veel mensen doen wanneer zij geconfronteerd raken met seksueel geweld. Het onderzoek is door de Universiteit van Exeter uitgevoerd en verklaart, waarom mensen die seksueel worden lastig gevallen, hun ervaring vaak niet formeel melden. “Er wordt vaak aangenomen dat wie seksuele intimidatie ervaart, zich in de eerste plaats laat leiden door een verlangen naar gerechtigheid”, zegt hoofdauteur Thomas Morton. “Maar dit onderzoek toont aan dat de behoeften van mensen breder zijn dan wat anderen zouden verwachten: ze omvatten ook de behoefte aan veiligheid, persoonlijke controle en het normaliseren van het leven. Van alle behoeften die mensen in het onderzoek uitten, had de behoefte aan gerechtigheid niet de hoogste prioriteit. Dat zou kunnen verklaren waarom mensen niet het soort formele acties ondernemen, zoals aangifte doen bij de politie, die anderen van hen verwachten.’’ Volgens medeauteur Manuela Barreto, hoogleraar Psychologie, verklaart dat ook waarom veel van de mensen die wel formeel een klacht indienen, dat vaak pas lang na het voorval doen. “Het is belangrijk te begrijpen dat de gevoelens en acties van iemand die seksuele intimidatie heeft meegemaakt, heel anders kunnen zijn dan degenen die dat niet hebben meegemaakt”, zegt Barreto.
In Suriname is dat ook het geval, maar dan veel erger. Ongeveer een jaar geleden liet het Openbaar Ministerie (OM) in een communiqué weten, dat naar aanleiding van drie afzonderlijke aanklachten tegen de algemeen directeur (CEO) van de Hakrinbank N.V., een strafrechtelijk onderzoek was opgestart. Volgens het OM werden alle personen, die direct of indirect betrokken waren bij de zaak, gehoord. Verder stelt het OM dat dit onderzoek, dat wegens uiteenlopende redenen langer heeft geduurd dan was gepland, onvoldoende feiten en/of omstandigheden opleverde om de directeur de status van verdachte te geven en in het verlengde daarvan, de vervolging in te stellen. De verweten handelingen zouden volgens het OM eventueel gekwalificeerd kunnen worden onder de Wet Seksueel Molest op de werkplek, echter is deze wet tot nog toe niet in werking getreden. Het OM heeft toen alle belanghebbenden per brief op de hoogte gesteld van zijn beslissing. Aan hen is ook medegedeeld, dat indien zij zich niet kunnen verenigen met dit besluit, er civielrechtelijke alsook strafrechtelijke wettelijke interventies hiertegen mogelijk zijn. De strafzaak was in het kader hiervan door het OM formeel afgesloten. Met dit schrijven vanuit het OM voelden de slachtoffers zich in de steek gelaten en werden zij door het hoogste strafrechtelijk vervolgingsorgaan in ons land van het kastje naar de muur gestuurd. Wie zou deze dames nog serieus nemen, aangezien het OM niet eens de moeite heeft gedaan de zaak tot in de finesess uit te zoeken. Niemand kan ons komen wijsmaken, dat het OM alles heeft gedaan wat mogelijk was om deze vrouwen te helpen. Deze dappere vrouwen hebben gezamenlijk aangifte gedaan en in eerste instantie werden zij op allerlei manieren ontmoedigd om aangifte te doen. Toen zij toch de stoute schoenen hadden aangetrokken, werd het bewijsmateriaal ook niet serieus genomen en er werd zelfs gesteld dat zij dit deden als een wraakactie. Niets was minder waar, maar gezien het feit dat de persoon waartegen de aangifte werd gedaan, belangen behartigt van een grote kapitaalkrachtige groep, werd hij beschermd. Dit ten koste van alle narigheid en mentale schade van deze dames. We zijn inmiddels een jaar verder en het lijkt er misschien op dat de zaak net als vele andere, in een doofpot is beland, maar dat wil niet zeggen dat de sfeer binnen de bank is veranderd. Het imago van de bank heeft enorme schade opgelopen en naar wij vernemen, wil geen enkele respectabele vrouw zich meer verbinden aan deze instelling. Zo hebben wij ook vernomen, dat meerdere vrouwen waren benaderd voor directiefuncties, maar zij hebben allemaal bedankt, aangezien zij niets te maken willen hebben met de beruchte CEO. Deze zaak is een goed voorbeeld van seksueel molest, maar zo zijn er tal van gevallen die nooit het daglicht hebben gezien. Binnen de overheid en het bedrijfsleven zijn er vaker meldingen gemaakt van dit soort gedragingen, helaas vindt niet elke werkgever het belangrijk om een veilige omgeving te creëren voor zijn/haar werknemers.
Daarbij zijn dit voorbeelden op de werkvloer, maar wat te denken van seksueel molest op scholen, thuis, enz. Zo vaak hoor je verhalen, maar zelden verneem je dat de daders worden gestraft voor hun handelingen. We hebben het in dit soort gevallen niet alleen over vrouwen/meisjes, want ook jongens kunnen slachtoffer zijn, maar die durven er nog minder over te praten. Wanneer kunnen wij zorgdragen voor een veilige omgeving en daders naar behoren aanpakken? Wanneer nemen wij het serieus dat wetgeving en handhaving daarvan hand in hand met elkaar gaan? Moet zoiets eerst een naast familielid van een invloedrijk iemand overkomen, alvorens er daadwerkelijk iets wordt gedaan? Keerpunt zal dit onderwerp blijven aankaarten, want het blijft zorgwekkend en wij zullen er nimmer voor schromen daders aan de schandpaal te nagelen.