Mathoera: ‘Illegaliteit kunnen we niet accepteren’

Geïntegreerde aanpak tussen alle ministeries hoognodig

“Doordat we geen poorten hebben en het om open grenzen gaat, is het voor ons  absoluut niet makkelijk om een 500 km grens te bewaken en te beveiligen”, aldus minister Krishna Mathoera van Defensie, gisteren in het radioprogramma van ABC, Welingelichte Kringen. Mathoera vertelde, dat ze het oneens is met het feit dat Brazilianen ons land illegaal binnenkomen.

Volgens haar heeft geen enkel land zijn grens foutloos kunnen bewaken, en ook niet in Suriname.  “Ik zal nooit pleiten voor illegaliteit. Als de regels voor Surinamers gelden, dan moeten de regels zeker ook voor anderen gelden. Het mag nimmer zo zijn dat buitenlanders hier komen en maar doen wat ze hebben willen, dat kunnen we niet accepteren”, aldus Mathoera.

Mathoera vertelde, dat Brazilianen behalve hun handelswaar, ook landgenoten op illegale wijze ons land binnen brengen. “Dat gebeurt al jaren, maar dat wil niet zeggen, dat het voortdurend uitgevoerd moet worden”, benadrukte Mathoera. Echter is ze van mening, dat deze kwestie ook niet zo simpel is, als we denken. Er zijn volgens haar, heel veel aspecten die besproken moeten worden en de regering ook in kaart moet brengen. Ze haalde aan, dat het een geïntegreerde aanpak betreft tussen alle ministeries en er zal hiervoor een duurzaam beleid moeten komen. Dit probleem heeft volgens Mathoera niet alleen met het ministerie van Defensie te maken.

De bewindsvrouwe verklaarde, dat de COVID-19 pandemie in China is begonnen, en ze zich wereldwijd heeft verspreid, waarbij geen enkel land, het virus tegen heeft  kunnen houden. Dat is volgens Mathoera ook de realiteit die we bij de internationale ontwikkelingen moeten zien. Mathoera verteld daarbij, dat de grens met Frans-Guyana een bijzondere grens betreft, omdat aan beide zijden van de rivier, mensen wonen. Mathoera: “We proberen de controles zoveel mogelijk goed uit te voeren, mensen bewust te maken dat ze voorzichtig moeten blijven, maar we gaan de grenzen niet helemaal gesloten kunnen krijgen.” Volgens Mathoera zijn er zeker 70 kinderen die in Suriname wonen, maar dagelijks de rivier moeten oversteken, omdat ze in Frans-Guyana naar school gaan. Daarenboven zijn er mensen die in Frans-Guyana wonen, maar een kostgrondje in Suriname hebben.

Mathoera: “We hebben een beperkte capaciteit, maar in samenwerking met de Fransen worden er wel verschillende patrouilles, boten en manschappen ingezet om de COVID-19 surveillance op gang te brengen.”  Mathoera zei, dat de rivier heel lang is, waardoor het  niet altijd lukt, de grens goed te bewaken. Alleen bij het gedeelte dat te overzien is,  varen er op bepaalde momenten wel 80 boten op de Marowijnerivier. “Langs de rivier hebben we 4 posten, waar we militairen geplaatst hebben, en van daaruit wordt er getracht, de controles uit te voeren”, benadrukte Mathoera. Volgens haar, moet er een strakkere handhaving toegepast worden, want met deze crisis vormt het een veel groter probleem.

Mathoera vertelde, dat de schoeners die vanuit Brazilië het land binnen zijn gekomen, vanwege COVID-19 geen toestemming is verleend. “We hebben ze verboden naar ons land te komen, maar uit informatie is gebleken dat ze via de Saramacca-, en de Coppenamerivier toch naar binnen zijn gekomen”, deelde Mathoera mee. Voorts haalde ze daarbij aan, dat internationaal handelswaar niet gestopt kan worden, omdat er bij formele handel, goederen naar binnen moeten komen en als dit stopgezet zou worden, komt de  voedselveiligheid en voedselzekerheid in gevaar.  “We moeten beleid maken en goed beleid accepteren. De valkuil is dat we minder middelen hebben, en we ook niet kunnen investeren. Als het leger onvoldoende capaciteit heeft, is het dweilen met de kraan open. Maar we moeten dit uiteindelijk gaan aanpakken”, aldus Mathoera.

More
articles