COVID-19 heeft ons leven zwaar veranderd en zorgt er zelfs voor, dat er veel ongemak en irritatie ontstaat in veel sectoren van onze maatschappij. Gewoon naar de winkel gaan of spullen halen in de supermarkt, is er niet meer bij. In de rij staan om levensmiddelen bij de supermarkt of ander distributiepunt van voedsel te halen, doet denken aan situaties die zich voordoen bij grote schaarste in landen als Venezuela, waar de economie helemaal aan de grond is geraakt. Maar toevallig is dat hier nog niet zo en heeft de kleinhandel gelukkig nog voldoende goederen om ons te bedienen. Maar COVID-19 ontregelt alles en natuurlijk ook een vlotte afzet van levensmiddelen en andere goederen door bijvoorbeeld de kleinhandel aan de consument. Zo heeft Keerpunt klachten geregistreerd van kleinhandelaren die steeds moeilijker hun goederen af kunnen zetten aan de consument, omdat de winkels niet toegankelijk worden gemaakt voor de klant. De meeste supermarkten verkopen momenteel via een luik dat voorzien is van een plastic gordijn. De winkelier doet dan zijn dagelijkse ‘wandelmars’ door de supermarkt om zijn klanten zo goed als mogelijk te bedienen. Echter heeft deze wijze van werken grote nadelen. Ze is niet alleen vermoeiend, maar heeft ook tot gevolg dat heel wat goederen die normaal verkocht zouden worden en aan een vervaldatum onderhevig zijn, op de schappen blijven en na enige tijd verlies opleveren. De klant kan niet meer in de winkel om zelf uit te zoeken wat hij of zij wenst of nodig heeft. Enkele winkeliers hebben dan ook besloten, klanten met een masker op wel weer de winkel in te laten, zij moeten dan bij het betreden de handen ontsmetten, want zo verder werken kan echt niet langer.

Keerpunt  is daarom van mening, dat de gezondheidsautoriteiten de winkeliers van advies moeten dienen, wat ze zouden kunnen doen om coronavirusbesmettingen te minimaliseren, want niemand is er gebaat bij dat de zaak nog verder uit de hand loopt.