Roemer staat ‘nieuwe’ monetaire financiering toe
De staatsschuld is binnen een week met SRD 6.2 miljard gestegen. Dit blijkt uit de meest recente weekbalans die door de Centrale Bank van Suriname (CBvS) is gepubliceerd. Naar verluidt is een aantal bij de huidige transacties rechtgetrokken en geboekt als ‘staatsschuld’ om de strafzaak van de procureur-generaal Roy Baidjnath Panday tegen Gillmore Hoefdraad van Financien te ondermijnen, zodat hij internationaal en nationaal niet vervolgd kan worden. Wij hebben naar aanleiding van deze toename van de staatsschuld ons laten informeren door terzake deskundigen, die verder op onderzoek zijn uitgegaan om te achterhalen welke mutaties dit bedrag hebben doen ontstaan. Naar wij vernemen bestaat het voormelde bedrag uit verschillende transacties, waarvan bepaalde in strijd zijn met de Bankwet. Het schijnt dat de transactie, waarbij Gillmore Hoefdraad 17 panden aan de CBvS heeft verkocht met een totale waarde van euro 105, – miljoen is teruggedraaid, vandaar dat de post op de weekbalans van “Gebouwen en Inventaris” met een miljard, is gedaald.
Deze transactie is hoogstwaarschijnlijk teruggedraaid, omdat ze onrechtmatig was vanwege het feit, dat de staat niet de rechtmatige eigenaar bleek te zijn van die panden die door Hoefdraad zijn “verkocht”. De CBvS kon deze transactie nooit als bezit opnemen en ze is tevens in strijd met de Bankwet, die voorschrijft, dat de moederbank alleen onroerend goed mag kopen, dat functioneel is ten behoeve van de bank, bijvoorbeeld in het kader van een uitbreiding van kantoren. Aangezien de overheid mo-menteel zelf geen geld heeft, is de onrechtmatige transactie van de overheidspanden nu geboekt op rekening als “Staatsschuld” op de weekbalans.
Verder is de transactie van de royalty’s en 2% goud die Ro-sebel Gold Mines afdraagt aan het staatsbedrijf Grassalco en de regering meerdere keren als onderpand heeft gegeven, teruggedraaid. Hoefdraad had voor de duur van 15 jaar aan de CBvS deze in-komsten afgedragen, om zo alle schulden die de staat heeft bij de CBvS af te lossen, alsmede de overschrijding van de lopende rekeningen. Daarnaast waren deze zelfde royalty’s als on-derpand gegeven voor de lening bij Oppenheimer & Co. voor het bedrag van USD 125,000,000 t.b.v. de betaling bij de overname van de Afobakkastuwdam. Om niet in een juridisch gevaarlijke situatie te geraken, heeft de moederbank deze schuld moeten herfinancieren en daardoor weer geboekt als Staats-schuld.
“Nieuwe” monetaire financiering
De staat Suriname stond rood op zijn werkrekening bij de bank. “Governor Maurice Roemer heeft die rekening bijna SRD 1 miljard rood laten staan en dat zou eigenlijk niet mogen. Deze debet stand is nu ook weggewerkt, daarnaast is het “Noodfonds” voor een bedrag van SRD 400 miljoen ook beschikbaar ge-steld door de centrale bank. Daarnaast is de vlottende staatsschuld bij de Centrale Bank conform artikel 21 van de Bankwet SRD648, – miljoen geconsolideerd en vervolgens gelijk weer getrokken, zodat niemand het kon zien op de weekbalans”, al-dus een deskundige tegenover ons. Hierdoor hebben er minimaal vijf grote mutaties plaatsgevonden, die nu tot gevolg hebben, dat de staatsschuld met een be-drag van SRD 6.2 miljard is toegenomen en wel in een week tijd. Uit de nu beschikbare informatie kan de conclussie worden getrokken, dat een deel van deze transacties administratief verantwoord zijn, maar een ander deel kan wel bestempeld worden als “nieuwe” monetaire financiering, als er wordt gekeken naar het bedrag voor het noodfonds, het afstorten van de werkrekening van de staat en het opnieuw trekken van SRD 648, – miljoen conform artikel 21. De CBvS zou met een duidelijke uiteenzetting moeten komen, aangezien er ook mutaties zijn die niet helemaal duidelijk zijn. In het kader van de transparantie willen velen deze zaak nu toegelicht zien, want op dit moment zijn de aanwijzingen dat de Covid-19 noodwetgeving is misbruikt, om schulden om te zetten in langlopende le-ningen, waardoor er op-nieuw voorschotten voor de staat zijn genomen.
“Deze handelingen zijn in principe in strijd met de Bankwet, maar vallen wel binnen het kader van die noodwet, het kan nimmer de bedoeling zijn dat wetten worden gemaakt om misbruikt te worden ten bate van financiele uitgaven van de regering Bouterse. Je ziet duidelijk de doelstelling van die covid- noodwetgeving, om deze operatie door te kunnen drukken. Het moet nu gezien worden als monetaire financiering en hierdoor liquiditeitscreatie, die uiteindelijk gaat leiden tot een toename van de inflatie en de stijging van de wisselkoers”, aldus een deskundige tegenover ons.