Het overgrote deel van de binnenlandbewoners zit al langer dan zes maanden zonder stroom. Sinds de verkiezingen in 2015, speelt dit probleem. De binnenlandbewoners zitten maanden zonder stroom en wanneer er eindelijk brandstof wordt geleverd, is dat voor een korte periode. Tijdens de behandeling van de Wet Staatsbegroting 2018, hebben enkele parlementariërs kritiek geleverd op het feit dat de binnenlandbewoners al enkele maanden in het donker zitten doordat zij geen brandstof geleverd hebben gekregen. Vorig jaar had de minister van Natuurlijke Hulpbronnen, Regilio Dodson, in verband met het naderende kerstfeest, beloofd dat de brandstof nog in december aan het binnenland zou worden geleverd, zodat de dorpen tijdens de feestdagen niet in het donker zouden zitten. De bewoners kregen inderdaad brandstof en in het eerste kwartaal van dit jaar werd er ook geleverd. Maar nu zitten de mensen al langer dan drie maanden in het donker. Welke regering laat een deel van het volk maanden in het donker zitten, terwijl zij beloofd had op tijd brandstof te leveren. Maar als de verkiezingen naderen, worden ze niet vergeten, dan hebben zij elke dag stroom, want zij moeten hun stem uit kunnen brengen. Het is triest dat een deel van de samenleving steeds moet bedelen voor iets waar zij recht op heeft. Volgens de ontwerpbegroting van het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen, worden ongeveer 129 dorpen van brandstof en smeermiddelen voorzien, terwijl 5 dorpen al 1×24 uur elektriciteit hebben. Hiervan is nagenoeg niets te merken, maar toch zei de minister dat in het eerste kwartaal van 2018, de brandstoflevering afgebouwd moet worden. De regering wil afbouwen, terwijl zij nauwelijks iets heeft gerealiseerd. Opmerkelijk is dat als de regeringspartij naar het binnenland gaat om haar partij te promoten, er wel altijd genoeg geld is voor stroom. Als de stemmen eenmaal verkregen zijn, zitten de bewoners weer in het donker.