Rechter Rewita Chatterpal heeft vandaag twee getuigen gehoord in een zaak, waarbij de verdachte R. Doorson, het slachtoffer R. Landolf met een mes heeft verwond aan zijn linker borstkas. Het slachtoffer zelf heeft verklaard dat hij de verdachte goed kent en zich kan herinneren dat hij op 2 mei jongstleden, de verdachte duidelijk heeft gemaakt niet meer met hem te willen bemoeien. Hiervan kan Landolf zich niets meer herinneren en hij kwam bij in het ziekenhuis met een steekverwonding. Volgens de verdachte was het slachtoffer dronken en heeft Landolf hem ook nog mishandeld. Volgens Doorson heeft hij uit zelfverdediging gehandeld, waarbij hij ook enkele verwondingen heeft opgelopen aan zijn handen. Swanenburg, een vriend van beide heren, heeft tijdens zijn getuigenis aangegeven dat hij beide heren goed kent. Hij verklaarde dat hij op 2 mei beide heren met elkaar heeft zien praten en dat Landolf op een gegeven moment zou vertrekken, waarna hij werd geroepen door Doorson. Swanenburg merkte op dat beiden in een serieuze discussie waren en kort daarna overgingen tot een handgemeen. De getuige heeft meerdere malen geprobeerd om de mannen uit elkaar te halen. Hij verklaarde verder dat hij op een bepaald moment Doorson zag graaien in een tas, maar niet heeft gezien wat hij uit zijn tas heeft gehaald. Swanenburg die Landolf probeerde te kalmeren, keerde zich om en zag Doorson met een voorwerp in zijn hand richting Landolf komen en zei tegen Landolf: “Luk’ bun a man e kon anga wan nefi.” De getuige gaf aan dat hij Doorson zwaaibewegingen heeft zien maken, waarna Landolf zijn laatste woorden waren: “a man djoek mi.” De getuige benadrukte dat hij ervan overtuigd is dat het niet de intentie was van Doorson om Landolf neer te steken. Hij voerde aan dat het niet zover hoefde te komen als de omstanders hem hadden geholpen om beide heren uit elkaar te halen. De zaak wordt op 15 augustus gecontinueerd. Doorson blijft tot dan in het cellenhuis.
door Johannes Damodar Patak