De regering Bouterse II heeft het regelmatig over het aantrekken van meer investeerders en meer productie. Echter is het zo dat er nog maar weinig of helemaal geen gevolg wordt gegeven aan deze innige wens van dit kabinet. Alvast is het zo dat de doorsnee ondernemer vertrouwen moet hebben in een regering en dat is er momenteel nog maar nauwelijks, gezien de wijze van bestuur die helemaal geen schoonheidsprijs verdient. Dan hebben de investeerders in spe ook nog te maken met een wisselkoerssituatie die niet aangeeft dat er op korte termijn stabiliteit te verwachten is. De wisselkoersen blijven maar stijgen en het is helemaal niet duidelijk wanneer de beloofde stabilisering verwacht kan worden. Dan is er nog steeds de inflatie die enorme prijsverhogingen tot gevolg heeft. Ook is er onrust op het arbeidsfront en heeft elke ondernemer voortdurend te maken met prijsstijgingen als gevolg van een IMF-dictaat. Een van de grootste problemen waar een investeerder thans mee geconfronteerd wordt, is de enorm gedaalde koopkracht van de gehele Surinaamse samenleving. Waarvoor en voor wie zou je eigenlijk moeten investeren als je je producten zeker lokaal niet kwijt kan? Een vraag die de paarse kliek maar eens moet zien te beantwoorden. En als je wilt exporteren, dan zal je eerst moeten kunnen concurreren met buitenlandse producenten en ook zal je een afnemer moeten vinden die warm loopt voor jouw producten. Investeren doe je niet zomaar en ook niet onder omstandigheden die geen overzicht bieden. Een buitenlandse investeerder kijkt naar cijfers van het land waarin hij denkt geld te kunnen maken. Heeft dat land een investeringswet en hoe snel kom je aan de nodige vergunningen om er te kunnen starten. Ook wenst een investeerder te weten hoe het met de arbeidswetgeving zit en hoe zwaar de bescherming van de werknemer bij wet geregeld is. Allemaal zaken die meetellen, wil je een kapitaalkrachtige ondernemer zover krijgen hier te komen investeren. Ben je een kapitalist of multinational uit de westerse wereld, dan kijk je ook onmiddellijk naar het politieke allooi van de machthebbers in het desbetreffende land . Bedient een politiek leider van dat land zich van anti –westerse retoriek en scheldt hij op multinationale ondernemingen uit het westen, dan loopt de kapitalist of de multinational uit het westen gelijk een andere kant op waar hij wel het gevoel krijgt welkom te zijn. Ook kijkt de buitenlander hoe men zich in geopolitieke zin opstelt. Het onderhouden van nauwe banden met allerhande sub-alterne regeringsleiders of staatslieden uit de regio en West-Afrika, maakt zeer zeker een slechte indruk. Vooral als het om paria gaat op zowel het westelijke als Afrikaanse continent. We maken ons al jaren onsterfelijk belachelijk en stimuleren afzondering, door ons vijandig op te stellen tegenover westerse kapitaalkrachtige staten, we houden ons bezig met armoedzaaiers die zich voortdurend bezighouden met anti –westerse slogans en daar al decennialang geen steek beter van zijn geworden en daardoor straamarm zijn gebleven of geworden. Willen wij in de toekomst verbetering en echte vooruitgang in dit land willen, dan moeten wij de mensen die ons echt kunnen helpen, omhelzen en zeker niet bespugen.