Voor aanvang van de ministerraad, begin april, vertelde minister Amar Ramadhin van Volksgezondheid, dat het nieuwe hoofdkwartier van het ministerie, deze maand opgeleverd wordt en gefaseerd in gebruik genomen zal worden. Het gebouw is de bestemming geweest van miljoenen USD, die geleend zijn van de Inter-American Development Bank, en de hoofdaannemer is een Chinees staatsbedrijf. Het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg zal er gehuisvest worden en gezondheidsdiensten naar de gemeenschap toe, zullen vanuit die locatie aangeboden worden. De nabijheid tot onder meer het Surinaamse Rode Kruis, de Bloedbank, het Academisch Ziekenhuis en een radiologisch centrum, versterken het zorgkarakter van de directe omgeving. De minister maakte gebruik van de gelegenheid om de heropening van poliklinieken in het district Saramacca te highlighten, na renovatie. Volgens hem is modernisering en investering in de sector goed op weg. Als onderdeel van het GranMorgu-project is een bedrag van USD 13 miljoen, in plaats van een ondertekeningsbonus, richting gezondheidszorg gedoneerd.
Meerdere artsen, waaronder de kandidaten Jerrel Pawiroredjo en Jeffrey Lau van de NPS en internist-nefroloog Subhash Goerdat van coalitiegenoot ABOP, menen juist dat het ernstig gesteld is met de gezondheidszorg. Goerdat vroeg via een STVS-uitzending, aandacht voor de belangrijkste factor in de gezondheidszorg: goed opgeleide en ervaren mensen, die op een menswaardig loon kunnen rekenen. ‘’Je kunt gebouwen opzetten en apparatuur kopen, maar mensen kun je niet kopen. Je moet ze opleiden.’’ Hij haalde het trieste rekenvoorbeeld aan van minimumloontrekkers onder gespecialiseerde verpleegkundigen. In plaats van middelen vrij te maken voor behoud, heeft de minister volgens hem, een beleid ingevoerd van bestraffing, door het ontmoedigingsbesluit: een bedrag van USD 1.000 dat zorgmedewerkers moeten betalen voor het verkrijgen van bevoegdheidsverklaringen, registraties en het waarmerken van diploma’s.
De minister hult zich in zwijgen als het gaat om de rechtspositie van Cubaanse artsen. De aanwezigheid van minister Marco Rubio van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Staten, viel door magisch toeval samen met de onmiddellijke en onwettige aanhouding en uitzetting van een dertigtal reizigers met herkomst Cuba, die over geldige en legitieme documenten beschikken. Zowel Pawiroredjo, Mungra, als de Vereniging van Medici in Suriname zijn allesbehalve lovend over de prioriteiten van de minister als het om beleid gaat. Naast schaarste aan personeel, is schaarste aan geneesmiddelen keer op keer aangekaart. De minister heeft na de president misschien wel het vaakst de woorden ‘vorige regering’ in de mond genomen. Maar na inmiddels meer dan 30 miljoen USD aan geleende middelen en internationale giften ter besteding te hebben gehad, gaat het om holle frasen. Vijf jaren na dato kenmerkt het beleid zich door belachelijke wachttijden, betaalachterstanden, lage inkomens, hoge ziektekostenverzekeringen, noodlijdende ziekenhuizen, braindrain en tekorten aan geneesmiddelen. Als de gezondheidszorg ook maar een magere voldoende verdiende, is het moeilijk om te bedenken dat jonge specialisten met de kans om redelijk te verdienen, zich zó druk zouden maken dat ze in de politiek de enige uitweg zien om een blijvende impact te hebben op de zorg in Suriname. Deze lichting aan kandidaten onderscheidt zich overduidelijk door geen focus te leggen op een persoon of op intriges, maar keihard de vinger op de zere plek te leggen en van macro- tot microniveau concrete feiten en voorbeelden naar voren te halen.Stof tot nadenken voor wanneer intrek genomen wordt in het door Chinezen met geleend geld gebouwde glimmende ivoren torentje, een maand voordat men de kiezers, die onder deze omstandigheden moeten leven, om vertrouwen vraagt. Vooral wanneer de Spoed Eisende Hulp weer niet op volle capaciteit verder kan en bepaalde bloedtesten in laboratoria opgeschort moeten worden.