WIE ZET DE EERSTE STAP: LEERKRACHTEN OF MINISTERIE?

Het onderwijs staat opnieuw onder druk. Leraren van de Scholengemeenschap Nickerie (SGN) en technische scholen, hebben hun werk neergelegd uit protest tegen het uitblijven van betalingen voor gemaakte overuren. Sommigen wachten al zes maanden op de rechtmatige vergoeding. Terwijl de staking zich uitbreidt, blijft de minister van Onderwijs volhouden, dat er geen geld is om extra middelen vrij te maken. Maar als de leraren doorgaan met hun actie en de overheid geen oplossing biedt, dreigen de leerlingen de dupe te worden.

Wat is de middenweg? De staking van de SGN-docenten begon na een spoedvergadering, waarin unaniem werd besloten het werk neer te leggen. Een docent verwoordde de frustratie treffend: ‘’Leraar zijn is een synoniem voor geduld.’’ Maar het geduld van deze leerkrachten is nu op. Ze voelen zich misbruikt door een systeem, dat hen blijft vragen om offers te brengen, zonder dat daar een eerlijke vergoeding tegenover staat. De staking ging in om tien uur, waardoor geplande repetities niet konden doorgaan. Ondanks de teleurstelling, steunden de leerlingen hun docenten met een applaus, een symbolische erkenning van de gevoerde strijd. De leraren benadrukken dat hun acties niet tegen de leerlingen zijn gericht, maar een noodkreet zijn.

De minister van Onderwijs heeft al aangegeven, dat er geen extra middelen beschikbaar zijn voor de overuren. Hiermee wordt een duidelijke boodschap afgegeven: de financiële crisis van de overheid weegt zwaarder dan de noden van de leerkrachten. Maar is dit een houdbaar standpunt? Leraren zijn geen vrijwilligers; zij leveren een essentiële bijdrage aan de samenleving en hebben recht op een eerlijk verdiend loon. Tegelijkertijd kampt Suriname met economische problemen, en extra uitgaven moeten verantwoord worden. De vraag blijft waarom deze crisis altijd op de schouders van het onderwijs terechtkomt. Als er bezuinigd moet worden, waarom dan niet in andere sectoren? Ondertussen zijn het de leerlingen die de hoogste prijs betalen. Zij raken achter met hun lesstof en examens komen steeds dichterbij. De staking zet niet alleen de prestaties van de studenten onder druk, maar ook hun toekomstperspectief.

Wat is de volgende stap? De leraren zijn vastberaden en stellen: zonder betaling geen les. De overheid houdt voet bij stuk: er is geen geld. Maar als beide partijen vasthouden aan hun standpunt, blijft de impasse. Een mogelijke oplossing is een gedeeltelijke uitbetaling, waarbij de overheid toezegt de resterende bedragen gefaseerd te voldoen. Daarnaast moet er een structureel plan komen om een herhaling van dit soort situaties te voorkomen. Wat we ons niet kunnen veroorloven, is een stilstand in het onderwijs op welk niveau dan ook. Er moet snel een oplossing komen, anders komt de toekomst van duizenden leerlingen in het gedrang. De vraag is: wie zal de eerste stap in de richting van een oplossing zetten?

More
articles