De constitutionele traditie in de Verenigde Staten van Amerika is dat het kabinet, ook bij herverkiezing van een zittende president, voltallige brieven van ontslag aanbiedt aan het einde van de regeertermijn. Suriname kent geen rechtstreekse presidentiële verkiezingen. De door De Nationale Assemblee verkozen president benoemd en ontslaat ministers. Het is dus nog meer van belang, dat de president daar de ruimte en het inzicht voor krijgt.

Zelfs als het de VHP, ABOP en Pertjajah Luhur zou lukken om het vertrouwen van het volk voor de tweede keer te krijgen om te gaan regeren, zou het goed zijn voor een president, ook als deze president in die functie terugkeert, om de transitieperiode te gebruiken voor een reset. Het zou niet vanzelfsprekend moeten zijn, dat dezelfde personen in dezelfde functies terechtkomen of dat zich een persoonlijkheidscultus gaat clusteren rondom de invloed van machtscentra intern binnen een regering.

Op een iets ander niveau, is dit bij veel staatsbedrijven een bekend gegeven. Hoewel de statuten formele termijnen bevatten voor aftreden, hebben de meeste regeringsbenoemingen voor commissarissen of leden van de raden van toezicht, de gewoonte hun portefeuille ter beschikking te stellen, nog tijdens de transitie.

De beleidsinzichten van de regering die aantreedt, ook als die uit dezelfde politieke gelederen komen, kunnen dan met een open vizier en een brede horizon gestalte krijgen, door voor ieder team de juiste coaches te selecteren en aan het werk te zetten.

De periode van reshuffling en accommodatie die wij in tien jaren Bouterse gekend hebben, is gelukkig niet de blauwdruk geweest voor Santokhi-Brunswijk.

Eenheid van bestuur en voorzienbaarheid van een beleidsagenda zijn pluspunten. Met minimale opschudding mag deze regering wat dat betreft echt wel erkenning toekomen. Het is echter niet de bedoeling dat wij naar een ander uiterste koersen, van superministers en koninkrijkjes binnen onze republiek.

Bij de gedachte van een republiek horen dienstbaarheid, dankbaarheid en plaats maken wanneer de tijd ervoor aangebroken is.