POLITIEKE BEMOEIENIS NEKT GRASSALCO

De recente uitspraken van Wesley Rozenhout, president-directeur van het staatsmijnbouwbedrijf Grassalco, werpen een verontrustend licht op de problematische relatie tussen de overheid en staatsbedrijven in Suriname. Zijn opmerking dat de behandeling van Grassalco “meer dan stiefmoederlijk” is, wijst op een diepgeworteld probleem van inconsistentie en gebrek aan steun van de regering. Grassalco, een bedrijf dat volgens Rozenhout al verder had moeten zijn in zijn ontwikkeling, wordt beperkt doordat het geen toegang heeft tot zijn eigen verdiende middelen. Dit is een schrijnend voorbeeld van de manier waarop staatsbedrijven vaak aan hun lot worden overgelaten, terwijl andere bedrijven mogelijk wel overheidssteun krijgen wanneer ze in problemen verkeren. Het staatsbedrijf heeft naar onze mening zeker potentie, maar zoals veel andere bedrijven waar politieke bemoeienis diep geworteld zit, wordt het beleid weer bepaald door mensen die totaal geen besef hebben hoe een bedrijf gezond blijft of hoe die winstgevend moet worden. Het enige dat bepaalde gasten weten, is uithollen en uitmelken van een instantie wanneer zij merken dat er wat geld verdiend kan worden.

Het is naar onze mening absurd dat een bedrijf dat eigen inkomsten genereert, niet vrijelijk over die middelen kan beschikken om noodzakelijke operaties en investeringen uit te voeren. De situatie waarbij Grassalco zijn operaties, zoals de Trio-crusher, moest stilleggen vanwege financiële beperkingen, ondanks het feit dat het geld op hun eigen rekening stond, is een treffende illustratie van slecht overheidsbeleid. Dit soort zaken belemmeren niet alleen het bedrijf, maar het land als geheel, aangezien het de groei en ontwikkeling van een belangrijke economische sector vertraagt. De investering van miljoenen Amerikaanse dollars door een Chinees partnerbedrijf, Judefu Mining, om de operatie weer op gang te brengen, roept ook vragen op over de mate waarin Surinaamse staatsbedrijven afhankelijk zijn van buitenlandse hulp om hun infrastructuur en operaties te herstellen. Dit legt de tekortkomingen van de overheid bloot in het waarborgen van de zelfredzaamheid en duurzaamheid van nationale ondernemingen. De ceremonie van de heringebruikname, die toevallig samenviel met het 53-jarig jubileum van Grassalco, voelt wrang aan in dit licht. Wat een moment van trots en vooruitgang zou moeten zijn, wordt overschaduwd door de realiteit van financiële restricties en gemiste kansen. De kern van het probleem ligt in het ontbreken van een consistent en ondersteunend overheidsbeleid dat gericht is op de langetermijngroei en succes van staatsbedrijven.

Het is tijd dat de regering een duidelijke en eerlijke koers uitzet voor alle staatsbedrijven, inclusief Grassalco, waarbij ze toegang krijgen tot hun eigen middelen en de vrijheid om deze middelen te gebruiken voor hun eigen groei en ontwikkeling. Alleen dan kunnen bedrijven zoals Grassalco hun potentieel volledig benutten en een betekenisvolle bijdrage leveren aan de economie van Suriname.

More
articles