DISTRICT MAROWIJNE IS HOSSELREGIO

Sinds het vertrek van BHP Billiton en de LLC Suralco uit Marowijne en de sluiting van de Coermotibo-mijn, is er sprake van een verdere verergering van de werkgelegenheid in Marowijne. De strijd in het binnenland, die vanaf midden 1986 duurde tot 1991, heeft veel vernietiging in het oosten van ons land tot gevolg gehad en ook het enthousiasme er wederom te gaan investeren, behoorlijk doen afnemen. Het vertrek van de Suralco uit het gebied, betekende enkel de dolkstreek voor het bauxietstadje Moengo.

Tegenwoordig is het niet meer dan een verlaten geheel dat een troosteloze indruk bij de bezoeker achterlaat. Veel verlaten en overwoekerde terreinen en de verpaupering is overduidelijk zichtbaar. Veel lieden die een stuk brood verdienden bij de Suralco, zijn inmiddels naar andere woongebieden in ons land vertrokken. Maar Moengo hoeft niet helemaal verloren te gaan, als de zaak daar maar rustig blijft en hierdoor investeerders wederom geïnteresseerd zouden kunnen geraken er activiteiten te ontplooien. In zoverre bekend, is er nog wat handel in Moengo en worden er nog steeds goederen naar de haven van Moengo vervoerd, bestemd voor de goudmijnen van Newmont. Voor wat betreft de overige activiteiten wordt er nabij Moengo wat aan landbouw gedaan en zijn er nog wat kleine ondernemers in de omgeving van de voormalige bauxietstad. Richting Albina is er in de afgelopen decennia meer activiteit te bespeuren. In de grensplaats bruist het van activiteiten, maar die hebben veel te maken met smokkel, doorvoer, handel en transport. Wie niet bereid is in en nabij Albina te ‘hosselen’ in tal van activiteiten, zal zonder enige twijfel verkommeren. Wij van Keerpunt, durven gerust te stellen dat er vanwege onze autoriteiten, niet veel aandacht aan dit deel van onze republiek is besteed en dat velen hierdoor het gevoel hebben gekregen dat het oosten, en dan in het bijzonder wat je als beneden Marwijne kan kwalificeren, aan zijn lot is overgelaten. De Oost-westverbinding is dan wel volledig hersteld tijdens de regering Venetiaan, maar Albina en omgeving werden met beperkte middelen van staat, staande gehouden. Het moet gezegd worden dat vanaf het beëindigen van de gewapende strijd in dat gebied, niet veel is gedaan om de zaak goed te normaliseren en snel weer ontwikkeling en echte rust te brengen. Door de crisis die nog steeds in het land heerst, is daar ook alles duurder geworden en kunnen maar weinigen zich echt goed staande houden. De enorm verhoogde brandstofprijzen hebben gemaakt dat velen zich zwaarder geïsoleerd voelen en nauwelijks naar de stad kunnen voor het afwikkelen van hoogst noodzakelijke zaken. Ook de slechte water- en stroomvoorziening hebben de wrevel in Albina en omgeving zwaar verhevigd. Het onderwijs  in Albina is volgens ingewijden zeker niet wat het wezen moet en dan zeker op VOJ-niveau. De koersontwikkeling van de laatste tien jaar heeft de bevolking aldaar alleen maar armer gemaakt en afhankelijk gemaakt van hossel en smokkel. Als de Fransen eventjes wat strakker gaan controleren en gesmokkelde waar afpakken en vernietigen, is het verlies bijna niet te beschrijven.  Het is dan ook niet verwonderlijk dat criminaliteit en drugsgebruik aanmerkelijk is toegenomen in Albina. Als de nutsbedrijven dan ook nog zwaar in gebreke blijven, dan is het zeker begrijpelijk dat men op een gegeven moment in opstand komt en wegen gaat blokkeren en hoogwaardigheidsbekleders schoffeert. Men is ervan overtuigd geraakt dat er op ernstige wijze sprake is van een stiefmoederlijke behandeling als het om Marowijne gaat. Niet helemaal onterecht, aangezien men nog steeds niet in staat is het Marwina Ziekenhuis goed te doen functioneren.  De handel bloeit in Albina en dat is altijd zo geweest, omdat velen goederen kopen voor smokkel, maar ook voor transport naar de bovenloop van Marowijne- en Lawarivier.

Door deze handel vindt een deel van de Albinezen natuurlijk wel een redelijk bestaan en dan in het bijzonder de detailhandelaren, die zich echt niet richten op de verkoop aan de lokale bewoners, want die bepalen slechts een fractie van de omzet. De regering en ook de komende na 25 mei 2025, moeten veel meer aandacht gaan besteden aan de welvaart van dit deel van Suriname en het welzijn van de bewoners in het gebied. Het zijn ook allemaal Surinamers die daar woonachtig zijn en een beter bestaan verdienen. En juist daarom dienen de staatsbestedingen ook veel meer die kant op te gaan. Alleen op die manier zal de rust in het gebied worden geconsolideerd. Blijven we zo aanmodderen door met aalmoezen te strooien, dan komen er in de zeer nabije toekomst zeker weer problemen in dat deel van ons land.

More
articles