Wanneer wij als Surinamers neerstrijken in Georgetown, begroet ons allereerst een ‘One Guyana’ kaart ons. In herkenbare kleuren groet een storend gedeelte van ons Suriname op de kaart, ieder van ons. Wij vragen ons dan af: hoe lopen onze regeringsleiders daar kalmpjes aan voorbij en hoe voelen zij zich? Hoe wordt er gesproken over de bouw van het duurste overheidsproject in de geschiedenis van Suriname, zonder een half uur of een uur te agenderen over bezet grondgebied en de gewapende aanwezigheid van Guyaneze strijdkrachten op Surinaams territorium? Ja, wij praten nog altijd over Tigri voor de mensen die over een kortetermijngeheugen beschikken. Wij zijn van mening, dat het hele idee van een brug over de Corantijnrivier geen verkiezingsbelofte is of zelfs verkiezingsonderwerp is geweest voor de VHP en al zeker niet voor de ABOP. Welke personen en goederenstroom zouden op gang komen en welk economisch voordeel zou de Surinamer die zonder water en zonder basiszorg zit, precies aan de brug overhouden? Wij willen oprecht weten welke voordelen wij hebben aan deze brug.
Wij kunnen ons nog goed heugen, dat eerst Guyana Santokhi’s brug zou betalen, net zoals Mexico Trumps muur zou betalen. Vervolgens werd ons verteld, dat een public-private partnership de brug naar de hemel zou opengooien. Om duidelijkheid te bieden aan wat dat op schaal zou betekenen, brengt Staatsolie als meest lucratieve Surinaamse onderneming grofweg USD 300 – 400 miljoen binnen, die de overheid opslorpt met hun gulzige lippen aan de kraan. Als Staatsolie 25 procent apart zou zetten van de jaarwinst, kom je als ‘private partner’ nog niet aan de investering die nodig is aan de Surinaamse zijde van het totaal. Welke andere succesvolle ‘private’ partners kunnen de middelen op tafel leggen voor een project dat minstens drie jaar geen enkele vorm van productie of rendement opbrengt? Hoeveel Guyanese bedrijven zouden een syndicaat kunnen vormen om zich voor die bedragen en aantallen, jaren te committeren aan een dergelijk project.
Vervolgens kwam de fase van bilaterale financiering. Misschien wel met China, onze grootste bilaterale schuldeiser, met wie onze schuldherschikking negen maanden later nog steeds niet ondertekend is.
Nog geen enkel Surinaams bedrijf heeft nog enige garantie van betrokkenheid bij het project. De projectleiding zal vermoedelijk vanuit Guyana plaatsvinden. Maar Suriname zal mee moeten betalen, of beter gezegd, moeten aflossen. Suriname zal moeten aflossen wat Guyana uitgeeft. De situatie is absurd, onlogisch en nadelig.
Dat is ook de hoofdreden, dat de VHP en de ABOP het geen onderwerp hebben gemaakt van de verkiezingen van 2020 en net zo min de kiezer hun mening zullen vragen in 2025.
Wie zou aan een kiezer vertellen, dat de gewapende buurman, die niemand uitgenodigd heeft, die slaapt in zijn dochters kamer, vraagt naar papa’s portemonnee, zodat men samen voor een tussenpoort kan betalen? En daarna vragen voor dit plan te stemmen?
Zou de kiezer geloven dat er in zijn belang gewerkt werd? Of in het belang van het geboorteland van herkomst van de First Lady? De drogreden die de regering doet circuleren, is de wegverbinding met Brazilië, maar die is voor Guyana nog een toekomstdroom. Frans-Guyana beschikt over een wegverbinding met Brazilië en we kruipen niet bij de Fransen op schoot. Die overigens geen grondgebied van ons bezet houden. Van de Guyanezen die vriendschap prediken, zouden wij de vriendschapsdaad van ontwapening en vertrek moeten eisen. Vriendschap met een pistool tegen het hoofd is gijzeling.
In dit artikel heeft Keerpunt het over de Corantijnbrug gehad en wat de beloftes zijn geweest en ook de vele verhalen eromheen, maar we hebben het dan nog niet eens gehad over de shore-base die in Nickerie zou worden gebouwd, of het Hoofdbureau van Politie dat met veel geweld is platgeslagen. Wij zijn zeer benieuwd naar de ontwikkelingen die betrekking hebben op deze showprojecten. Zoveel lawaai en dan is het ineens heel erg stil, muisstil en wij worden bijna bang dat er niets meer zal gebeuren met de krappe maanden die de regering resteren. Veel van deze projecten worden ook met geen letter genoemd in de staatsbegroting of de financiële nota.