STABILITEIT IS EEN LEUGEN

De voorzitter van de VHP probeert de verkiezingen te winnen door het volk wijs te maken, dat de economie stabiel is. Het heeft hem als politicus nooit uitgemaakt of wat hij verkondigde, waar was of niet. Niet over het (recent) verleden: hij kan eenvoudig bewijsbare onwaarheden verkondigen zoals 30.000 percelen te hebben verdeeld aan jongeren of een schuldherschikking te hebben ondertekend met China. Niet over het heden: hij beweert glashard geen ‘zachte landing’ voor Bouterse te hebben besproken. En niet over de toekomst: het kost hem geen enkele moeite om te doen alsof Suriname morgen weer onmisbaar gaat zijn in bauxietproductie, om maar een voorbeeld te noemen.

Het plan om de verkiezingen te winnen, is voor hem vrij eenvoudig. Kleur de vorige regering en in het bijzonder de economie die ze achterliet, zo donker, maar vaag mogelijk in. Maak met praatjes, wat de huidige leefomstandigheden ook zijn, een achtergrondverhaal. En richt de schijnwerper op ieder cijfertje dat het laat lijken alsof er ‘stabiliteit’ heerst in het land. Als je ‘stabiliteit’ als idee kan koppelen aan je regeertermijn, hebben de drie Venetiaan regeertermijnen, namelijk alle werk al voor je gedaan.

Laten we beginnen met dat donkere verleden en die vorige regering. Het is inmiddels duidelijk: het land en de economie werden geleid door criminelen. Er was sprake van wanbestuur en chaos. Er is verschrikkelijk gestolen en men was van plan nog meer te stelen. Maar de voorzitter van de VHP is gaan samenwerken met twee partijen die minstens de helft van die periode hun graantje meegepikt hebben. Hij heeft personen overgenomen en in posities gelaten, die zich volgevreten hebben. Hij heeft geen enkele onderhandse gunning tegen het licht gehouden, geen enkele vergunning van geen enkele aannemer ingetrokken, geen enkele concessie teruggedraaid. De vinger wijst altijd en eeuwig richting het OM en de rechterlijke macht, maar zijn regering heeft niet één woekercontract met de functionarissen op wie hij afgeeft, opgezegd. Er worden ook grove leugens verkondigd over hoe de macro-economie er werkelijk aan toe was. Zo zegt de voorzitter dat Suriname zijn schuldenlast een van de hoogste ter wereld was, toen zijn regering overnam. Maar ontkent hij een narcostaat te leiden. Suriname heeft echter nooit de top 20 in schuldenlast bereikt, maar is wel in de top 15 van drugsvervoerende landen. Terwijl die goede heer meer dan 20 jaar van zijn carrière en currriculum vitae toeschrijft aan drugsbestrijding.

Dan wordt gesteld dat de schuldenlast tot beneden 60 procent zou zijn, maar tegelijkertijd met woorden als ‘kunnen terugbrengen’. Langer dan een half jaar, nadat de voorzitter en zijn partijgenoot van buitenlandse zaken beweerde dat men naar China afreisde om een schuldherschikking ‘te ondertekenen’, is er nog steeds geen ondertekening daarvan en bouwen zowel de hoofdsom met de grootste bilaterale schuldeiser als de rentelast, iedere maand voort.

En voor wie maar een heel klein beetje weet van geopolitiek. Als je je hele buitenlandbeleid vormt rondom de verkiezing van één functionaris als het hoofd van een internationale organisatie waar de Verenigde Staten de dienst uit willen maken.

Als je de verkiezingen betwist van een Chinese partner als Venezuela en dat met verklaringen ondersteunt, terwijl de zittende dictator nog de touwtjes in handen heeft. Als je het IMF blind blijft volgen en je achter hem verschuilt, kan je wuiven naar de herschikking met een land als China. En alleen als China het gunstigste scenario zou ondersteunen, kun je spreken van een schuldenlast van 60 procent of minder.

Tegelijkertijd roept de voorzitter dat hij zijn begrotingstekort teruggebracht heeft, terwijl zijn minister van Financiën in augustus zegt dat het geld op is en het IMF van hem eist, dat hij zich houdt aan een begroting, die een behoorlijk begrotingstekort bevat. En ook dat lukt zijn regering niet.

Werkende huishoudens hebben hun koopkracht onder deze regering zien verdampen. Niet alleen is de koers verdriedubbeld sinds aantreden, maar de nutsvoorzieningen zijn gezamenlijk meer dan verdubbeld. Boven op de gewone prijsverhogingen, heeft de consument 10 procent aan BTW te verwerken gekregen als kofu in de maagstreek. Dat is 10 procent minder eten op je bord en 10 procent minder pagina’s voor je kinderen om te lezen en 10 procent minder medicijnen voor een bejaarde huisgenoot, voor iedere SRD die je uitgeeft. Is er ook maar één kiezer die deze leefomstandigheden stabiliteit zou willen noemen? Of probeert men het zaadje van het idee van stabiliteit door herhaling te planten, zonder stil te willen staan bij wat dat betekent?

R.B.

More
articles