De directeur van MI-GLIS, Glenda Heikerk, is door het hoofd van de Arbeidsinspectie, bij toetsing, in het gelijkgesteld, door afwijzing van het ontslag, door MI-GLIS verzocht, als onrechtmatig. In de overwegingen is verduidelijkt, dat de president van de Republiek Suriname, de bevoegdheid mist tot een dergelijk ontslag. Keerpunt en zijn trouwe, inzendende lezers en commentatoren, hebben reeds eerder belicht, dat daarmee iedere bevoegdheid tot het op non-actief stellen door minister Vorswijk ontbrak en dat de functie en positie van mw. Heikerk gerespecteerd dienen te worden.
Desondanks maakte president Santokhi gebruik van zijn Bully Pullpit en luidere megafoon, om het gat in de institutionele muur te dichten, met een laag behang, bestaande uit zijn officiële bekendmaking, kabinetfoto en aankondiging van een nieuwe directeur, niemand minder dan Ricardo Vreden. Geen onbekende bij MI-GLIS, het notariaat of de vastgoedwereld. Wie om lectuur over de droomkandidaat van Santokhi verlegen zit, had, als wij over een Wet Openbaarheid van Bestuur zouden beschikken, de rapportage van de Raad van Toezicht – het orgaan dat wel bevoegd is over ontslag of schorsing directieleden te horen – uit 2019 kunnen opvragen, waarin door dit orgaan verzocht werd aan de procureur-generaal een onderzoek naar corruptie in te stellen. Vermoedens die duiden op overtreding, dan wel misdrijf door de kandidaat in kwestie, worden genoemd en omschreven, als in de sfeer van de GLIS-wet zelf, de Zegelwet, belastingwetgeving, de Wet op Stichtingen, de Wet op Money Laundering en de Anti-Corruptiewet. Wie zijn lectuur liever uit openbare bronnen haalt, kan bij iedere KKF-vestiging het Stichtingenregister inzien en de naam van de kandidaat veelvuldig zien prijken in een register waar hij niet de scepter over zwaait.
Gezien het feit dat het schrijven gericht was aan niemand minder dan de toenmalige procureur-generaal. Gezien het feit dat die functie bekleed werd door de huidige Agent van Staat bij de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Rechten van de Mens. Gezien het feit dat de waarnemend directeur, Ganeshkoemar Kandhai, bij de verkiezingen van 2020, oud-minister, voormalig staatsraad-lid en bij de meest recente verkiezingen, DNA-kandidaat is geweest voor de regeringspartij, wiens hoofdbestuur door de persoon van de president voorgezeten wordt. Is het uitgesloten dat de president niet bekend kon zijn met de informatie over de persoon die hij als dubbel directeur tracht te introduceren, terwijl de rechtsgeldige directeur nog in functie is.
De oproep, bij de benoeming, van de president, aan de kandidaat om: ‘samen met de overige bestuursleden een sterk, effectief en transparant beleid te voeren ten dienste van de samenleving en het instituut’, en ‘dat er gewerkt moet worden aan een stukje gerustheid en tevredenheid, zodat alle Surinamers zich beschermd voelen als het om hun grond gaat’, had misschien iets eerder moeten starten, namelijk bij zijn selectie- en benoemingsproces.
R.B.