De minister van LVV is dom, onkundig en verkondigd onwaarheden aan de samenleving, vooral in Nickerie. Harde woorden van mr. Harish Monorath, juridisch adviseur van vicepresident Brunswijk, tevens advocaat bij het ministerie van GBB, die reageert naar aanleiding van de opmerkingen van de minister van LVV, Parmanand Sewdien, door hem geuit in Nickerie het afgelopen weekend, alwaar hij verkondigde dat Monorath niet deugde als advocaat en als adviseur van de VP. Allereerst ben ik al achttien jaar advocaat en ben ik geen toevallige minister die voor vijf jaar of minder is geplaatst op een post wegens politieke voorkeur. Vervolgens ben ik geen advocaat van de minister van LVV of van zijn ministerie, dus mist hij elke bevoegdheid om maar een standpunt over mijn functioneren te hebben. Als juridisch adviseur van vicepresident Brunswijk, mist de minister van LVV elke bevoegdheid om zelfs maar een mening hebben. Maar dat hij zijn eigen onkunde in de STALWEIDE – case in mijn schoenen probeert te schuiven, is ronduit waardeloos geeft Monorath aan.
Het geding rondom STALWEIDE:
In een interview met Monorath geeft hij aan dat het heel geschil rondom de STALWEIDE, waarbij de staat per abuis 200 hectaren grond aan Radji Enterprises heeft uitgereikt, vooral aan de minister van LVV zelf te wijten is. Had de minister zijn werk naar behoren gedaan, dan had hij allereerst alle gronden welke LVV zouden moeten toebehoren, aangevraagd. Dit heeft hij nooit gedaan. Dit is ook met STALWEIDE gebeurd. In de zestiger jaren zijn meerdere terreinen door de kolonisator gereserveerd voor het ministerie van LVV, doch deze zijn na 60 jaar nog steeds niet allemaal aangevraagd door LVV. Bij het GLIS-kantoor staat tot op heden aangegeven, dat deze terreinen tot het vrije domein van de staat behoren. Wat deed deze minister, zijn kabinet of al zijn geweldige adviseurs dan al die tijd bij LVV? Of is hij te dom om het zelf te weten? Dit is wat de minister van LVV aan de Nickerianen moet vertellen. Waarom heeft hij deze terreinen niet aangevraagd voor het ministerie van LVV? En waarom houdt hij de boeren al-daar voor de gek met zijn praatjes, vraagt Monorath zich af.
STALWEIDE:
Toen bleek dat de staat per abuis STALWEIDE heeft uitgereikt, is er een intrekkingsbeschikking opgemaakt. Hierna is Radji Enter-prises naar de rechter gestapt. Als de minister van LVV als een goede minister de terreinen had aangevraagd was deze fout NOOIT gemaakt. “Pas hier kom ik in beeld als advocaat.” Monorath geeft aan dat hij uitdrukkelijk heeft geprocedeerd. Voorts is er zelfs afgestemd met de juridische afdeling van LVV, maar die beschikte over niets anders dan de reserveringsbrief, welke hij zelf al had opgespoord. Ik heb de afdelingen bij LVV uitdrukkelijk gevraagd waarom het ministerie van LVV niet zelf in rechte opkomt. De mensen hebben mij aangegeven, dat ik dat zelf met de minister moet opnemen. Maar “wanneer je de minister belt, neemt hij niet op”. Is het mijn taak als advocaat om de minister van LVV te dwingen zulks te doen? “Precies zo had ik hem ook gebeld toen het geheel achtererf van LVV in brand stond. Wie niet opnam of terugbelde, was dezelfde minister.” Het was Monorath die de brandweer en de politie belde, waardoor erger werd voorkomen. Voorts vraagt Monorath zich af waar de minister al die tijd was, toen de rechtszaak diende bij de rechter. Hij heeft nimmer laten bellen, kwam zelf niet naar de zittingen en heeft zich niet als belanghebbende aangemeld. De minister van LVV heeft daarom niets gedaan om STALWEIDE te behouden. De Nickerianen weten dit.
Het vonnis:
In het kort geding heeft rechter Wallerlei allereerst Radji Enterprises niet ontvankelijk verklaard in haar vordering. Vervolgens heeft de rechter bepaald dat Radji Enter-prises binnen 30 dagen een bodemprocedure moet indienen om haar beschikking te laten bevestigen. In deze periode mag de staat niet aan het terrein komen of deze aan derden uitgeven. Hoe is STALWEIDE dan verloren? In een kort geding wordt er met summier bewijs gewerkt. In de bodemprocedure kan uitgebreid het belang van de STAAT worden uitgewerkt. Het is dus vooral dankzij mijn inzet dat de zaak niet volledig is afgewezen in het nadeel van de STAAT. En hier zit de grote leugen. De minister van LVV geeft aan dat ik afwezig was op de zitting en daarom is STALWEIDE verloren. Dit is de reinste onzin. Er is geprocedeerd in kortgeding. Er is vonnis gewezen. Op de dag van de uitspraak waren we ook in de zaal, doch hebben we het vonnis aangehoord zonder dat wij ons kenbaar te maken, vandaar dat er een stempel op het vonnis staat met: “partijen zijn niet verschenen op de dag der uitspraak”. Dit is de werkwijze van advocaten, zodat de termijnen voor betekening en hoger beroep enigszins ruimer worden. Dit heeft niets te maken met de inhoudelijke procedure van de rechtszaak. Na de uitspraak beweerde de minister van LVV over de grondpapieren te beschikken:
Indien de minister van LVV beweert over de grondpapieren te beschikken, wat belette hem om deze op de zitting te overleggen?
Hij heeft dan juist opzettelijk informatie achtergehouden en dat is verwijtbaar en verwerpelijk. Tot op heden hebben wij deze grondpapieren niet gezien. Waarom publiceert hij de-ze grondpapieren niet? Bij GBB en GLIS komen ze in elk geval niet voor.
Tot slot:
Laat de minister van LVV zijn eigen puinhoop zelf opruimen en niet aan karaktermoord doen. Laat hij in één adem vertellen over de WAKAY pompen in Nickerie, waarvoor de STAAT telkenmale miljoenen SRD’s heeft vrijgemaakt, totdat er nieuwe zijn aangeschaft voor miljoenen USD. Laat hij vertellen over die USD 10 miljoen, bestemd voor koeien aan kleine boeren die maar niet kunnen komen, laat hij vertellen over al die Guyanese visvergunningen die zijn verstrekt onder zijn bewind. Laat hij vertellen over al die verdwenen tractoren onder de vorige regering die nimmer door hem zijn teruggehaald of over al het landbouwmateriaal welke hij willekeurig heeft verdeeld onder bevriende boeren en ga zo maar door. Laat de minister van LVV ook zelf vertellen, hoe vaak hij verkeerde en foutieve voorstellen heeft ingediend, en uitgerekend ik hem daarop heb gewezen, zodat deze tijdig konden worden ingetrokken of gewijzigd. Vaak zijn zijn voorstellen ook afgekeurd omdat die vaag, onduidelijk of simpelweg fout waren. Indien hij zulks ontkent, kan ik dit uitdrukkelijk bewijzen. Nabrander: als adviseur van de vicepresident heb ik de vicepresident in geen enkele val van SURFIN, NV1, HPSG, PAN – AMERICAN, HOTEL BABYLON en noem maar op, laten lopen. Mijn afwijzingsmemo’s liggen allemaal op het Kabinet van de Vicepresident, en de vicepresident heeft aansluitend NOOIT deelgenomen aan deze duistere praktijken. Dat is wat een goede adviseur doet.
Het is zoals Winston Churchill eens zei:
“Er was eens een officier die zo dom was, dat de andere officieren het merkten.”