Het monetaire beleid van Suriname: Een rampzalige herhaling van de geschiedenis

Het lijkt erop dat Suriname vastzit in een vicieuze cirkel van economische wanpraktijken en politieke corruptie, met als meest recente dieptepunt de aankondiging van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) om nieuwe bankbiljetten van 200 en 500 Surinaamse dollar in omloop te brengen. Dit is niet alleen een slechte zet, maar eerder een wanhopige greep naar het redden van een zinkend schip, dat gedreven wordt door dezelfde onverantwoordelijke mensen in de politiek die het land in het verleden naar de rand van de afgrond hebben gebracht.

De parallellen tussen deze ontwikkeling en het verleden van Suriname zijn verbijsterend. Corruptie, vriendjespolitiek en verrijking van een handjevol mensen binnen de politiek en binnen de overheidsinstellingen, zorgt ervoor dat Suriname in de greep blijft van een monetaire crisis. Een totaal gebrek aan transparantie en verantwoording van degenen die aan de touwtjes trekken, is een trieste herhaling van de geschiedenis die we niet opnieuw willen herleven.

De CBvS probeert deze nieuwe biljetten te verkopen als een oplossing voor liquiditeitsproblemen, maar we kunnen niet anders dan de bittere lessen uit het verleden herinneren. Tijdens de dagen van de Surinaamse gulden leidde een soortgelijke aanpak tot hyperinflatie, economische instabiliteit en uiteindelijk tot het onvoorstelbare verlies van waarde van de gulden. Het is alsof we onze handen verbranden aan dezelfde vlam waar we eerder door zijn verbrand.

De gevolgen van deze beslissing zullen net als de jaren 90 verreikend zijn. Surinamers zullen opnieuw geconfronteerd worden met stijgende prijzen, afnemende koopkracht en groeiende economische onzekerheid. Bedrijven zullen worstelen om te overleven in een klimaat van toenemende instabiliteit, terwijl buitenlandse investeerders zich afwenden van een land dat wordt gekenmerkt door financiële chaos en wanbeheer.

Het zal me niet verbazen dat Suriname op korte termijn een global rating van ‘D’ (laagste), specifieker de ‘Selective Default’ zal krijgen van S&P. Op dit moment is de creditrating van Suriname ‘CCC+/C’ (één na laagste). De ‘SD’ rating zal ernstige gevolgen hebben voor de kredietwaardigheid van Suriname, waardoor het moeilijker wordt om toegang te krijgen tot externe financiering en investeringen aan te trekken. Ook daalt het vertrouwen van beleggers in het land. Ter vergelijking: Guyana heeft een BBB- score, Columbia een BB+ score en Brazilië een BB score.

Het is duidelijk dat er dringend actie moet worden ondernomen om deze neerwaartse spiraal te doorbreken. Dit kan gerealiseerd worden door duurzaam vreemde valuta-inkomsten te genereren uit toerisme, olie en gas, mijnbouw, bosbouw, landbouw, visserij en technologie. Het vereist een fundamentele verandering in de manier waarop Suriname wordt bestuurd, want sinds de onafhankelijkheid van Suriname, straks 50 jaar, hebben dezelfde politici ervoor gezorgd dat Suriname in deze vicieuze cirkel blijft hangen. En dat is jammer. Suriname is een rijk land dat jaarlijks meer dan USD 15 miljard aan BBP kan genereren (anno 2023: ca. USD 3,6 miljard). De BBP per capita is op dit moment ca. USD 5.000, terwijl dat USD 20.000 dient te zijn.

Het is tijd voor Suriname om de lessen uit zijn verleden serieus te nemen en te streven naar een toekomst van integriteit, goed bestuur en economische stabiliteit. Want als we blijven vasthouden aan dezelfde patronen, zal de toekomst van het land hetzelfde zijn als het verleden.

Anand Gangaram MSc.  

More
articles