Neil Chapman, senior vicepresident bij ExxonMobil, heeft aangekondigd dat het bedrijf zich zal inzetten om de operationele knelpunten in de Payara-projectinfrastructuur op te lossen, met als doel een olieproductie van 250.000 vaten per dag (b/d) te realiseren. Hij deelde deze plannen op de Energy & Power Conference van Morgan Stanley, die gehouden werd op 6 maart.

ExxonMobil heeft waardevolle ervaring opgedaan met zijn bestaande drijvende productie-, opslag- en ontladingsschepen (FPSO’s) in het Stabroek-blok voor de kust van Guyana. De eerste FPSO, de Liza Destiny, was oorspronkelijk ontworpen voor een productie van 120.000 b/d, maar werd geoptimaliseerd om uiteindelijk 160.000 b/d te produceren. Chapman meldde dat de tweede FPSO, genaamd Liza Unity, met een capaciteit van 220.000 b/d, consequent een productie van 250.000 vaten per dag behaalt. Hij merkte op dat Payara, dat in november van start ging, zijn doelstelling van 220.000 b/d sneller bereikte dan verwacht. Hoewel Exxon de capaciteit van de FPSO Prosperity, die voor Payara wordt gebruikt, niet heeft vergroot, blijft Chapman de projectteams vragen of de successen op het gebied van optimalisatie van de operationele FPSO’s kunnen worden herhaald. Hij benadrukte dat het vinden van manieren om meer waarde uit de activa te halen, een standaardpraktijk is voor ExxonMobil.

Chapman noemde ook de drie volgende FPSO’s – Yellowtail, Uaru en Whiptail – die elk een initiële productie van 250.000 b/d zullen bereiken. Hoewel de gecombineerde initiële doelstelling van de zes FPSO’s voor Guyana 1,31 miljoen vaten b/d is, zou optimalisatie de totale productie bijna tot 1,5 miljoen vaten per b/d kunnen brengen. Momenteel bedraagt de totale productie iets meer dan 600.000 b/d.