TotalEnergies wil Guyana-model van Exxon in Suriname toepassen

TotalEnergies staat op het punt zijn eerste offshore ontwikkeling te realiseren in Blok 58 in Suriname, en neemt hierbij een voorbeeld aan de kostenbesparende aanpak van ExxonMobil in het productieve Stabroek-blok voor de kust van Guyana.

Patrick Pouyanné, CEO van Total, heeft tijdens een bijeenkomst met investeerders op 8 februari verklaard, dat ze innovatieve oplossingen willen toepassen in Suriname door te leren van de ervaringen van Exxon in Guyana. Hij benadrukte de noodzaak om een deel van het efficiënte beheer van Exxon over te brengen naar de geleasde FPSO om kosten effectief te beheren.

Exxon heeft al vijf projecten goedgekeurd in Guyana, met nog een zesde project in afwachting van goedkeuring. SBM Offshore, een Nederlands bedrijf, is verantwoordelijk voor alle productieschepen behalve één, waarvoor MODEC werd geselecteerd.

SBM Offshore heeft een leaseovereenkomst van tien jaar gekregen van Exxon voor de FPSO Liza Destiny, en leaseovereenkomsten van maximaal twee jaar voor de FPSO’s Liza Unity, Prosperity en ONE GUYANA. Daarna gaat het eigendom van de FPSO’s over naar Exxon. SBM Offshore heeft ook een 10-jarig Operations and Maintenance Enabling Agreement getekend met Exxon voor de vier schepen. Het bedrijf heeft het Fast4Ward-concept gebruikt bij het ontwerp en de bouw van deze FPSO’s.

Darren Woods, CEO van Exxon, zei dat het concept ‘design one, build many’, een grote rol speelt bij de consistente productiestijging van zijn projecten in Guyana.

Nu rest de vraag: Wie zal TotalEnergies selecteren voor zijn eerste Surinaamse floater? Zal het MODEC of SBM Offshore zijn? Beide aannemers zijn begonnen met vroege conceptuele engineeringstudies voor de FPSO met een capaciteit van 200.000 vaten per dag, zoals Total voor ogen heeft om de bijna 700 miljoen vaten olie in de velden Sapakara South en Krabdagu te pompen. Degene die het contract krijgt, zal daadwerkelijk de opkomende markt van Suriname veroveren.

More
articles