Suriname is een paar keer per jaar in het nieuws over drugsvangsten, of die nu groot of klein zijn. Je zou bijna kunnen stellen dat de samenleving er niet meer vreemd van opkijkt. Suriname wordt over het algemeen niet gezien als cocaïne-consumptieland, en ook niet als cocaïne-productieland.
Ons land wordt helaas wel aangemerkt als een doorvoerland van drugs, waarbij de drugs vanuit de productielanden zoals Columbia onder andere naar Suriname worden getransporteerd via lucht- en zeevracht. De drugs moet dan vanuit ons land worden gesmokkeld naar voornamelijk Europa. In een onlangs verschenen artikel in Insight Crimes, werden naar aanleiding van Amerikaanse en Colombiaanse onderzoekers, vicepresident Ronnie Brunswijk en ex-president Desi Bouterse in verband gebracht met recente betrokkenheid bij drugshandel. Dit werd bevestigd door middel van gehackte e-mails die wijzen op voortdurende politieke banden op hoog niveau met de georganiseerde misdaad. De e-mails behoorden tot een reeks aan documenten die in 2022 waren gestolen van het Colombiaanse kantoor van de procureur-generaal en waren verstrekt aan een consortium van journalisten, waaronder InSight Crime. De aantijgingen in de e-mails dragen bij aan de aanhoudende geruchten over de rol van Brunswijk en Bouterse in de cocaïnehandel via Suriname, waarvoor beiden in het verleden zijn veroordeeld. Ze zouden hun connecties in de Surinaamse regering gebruiken om cocaïnesmokkel te faciliteren in ruil voor steekpenningen.
MONDIALE VRAAG
In het verleden werd de drugshandel gekoppeld aan hiërarchieën die werden geleid door drugsbaronnen als Pablo Escobar, Manuel Torres Felix, of Joaquín ‘El Chapo’ Guzmán. Tegenwoordig is de realiteit veel complexer. Nu de mondiale vraag naar cocaïne stijgt en de markten in Azië, Afrika en Europa snel groeien, zijn de dagen dat een enkel kartel de hele toeleveringsketen kon domineren voorbij. Het is nu veel waarschijnlijker dat netwerken van bendes zich aansluiten, vaak op een soort freelancebasis, om cocaïne langs verschillende delen van de reis te vervoeren.
Om te zien hoe dit in de praktijk werkt, hebben het OCCRP (Organized Crime and Corruption Reporting Project) en zijn partners onderzocht, hoe een groep bendes en criminelen samenwerkten om een van de drukste drugssnelwegen ter wereld te voeden. Volgens die informatie vertrekt het spul van de bron in Colombia en traceerden verslaggevers een smokkelroute die werd gebruikt om cocaïne via Mexico en Spanje naar Nederland te vervoeren, waar de drugs werden verwerkt en verkocht.
Vervolgens worden miljoenen dollars aan winst verdiend en daartussen is het web van financiële bedrijven gesponnen, die enorme bedragen terugsturen naar Latijns-Amerika. Als we alleen een calculatie maken dat de prijs van cocaïne in het productieland gemiddeld USD 1000 per kg kost. Met alle tussenschakels vanuit de productie tot de aflevering in Europa, is een kg cocaïne ruim USD 20.000 waard. De drugsdealers in Europa verkopen een gram cocaïne USD 60, – waardoor zij omgerekend USD 60.000 kunnen verdienen op een product, dat eerst USD 1000, – heeft gekost vanaf de fabriek, weten we al hoeveel grof geld er kan worden verdiend. Voorheen bestond het bedrijfsmodel uit een losse en waarschijnlijk vloeiende confederatie van Colombiaanse, Mexicaanse, Spaanse, Nederlandse en andere criminelen die samenwerkten om grote hoeveelheden cocaïne te verbergen, transporteren, verwerken en verkopen. Nu is het netwerk veel geavanceerder en geraffineerder dan de gewone man beseft. De opkomst van het Dark Web, de Midden-Amerikaanse caravans en de narco gesponsorde paramilitaire bewegingen zoals de Zetas en gewelddadige supergangs, waaronder Calle 18 en MS 13, hebben een complexer en hechter netwerk van digitaal geld en logistieke stromen en diversificatie en vervlechting van groepsgeweld binnen en buiten gevangenismuren en landsgrenzen meegebracht.
Tot op heden zijn er veel vragen nog steeds onbeantwoord. Zelfs na jaren van grensoverschrijdend onderzoek kan de politie niet zeggen, wie uiteindelijk de belangrijkste drijvende kracht achter de samenwerkingen is. Maar onlangs zijn verslaggevers erin geslaagd zeldzame details over de activiteiten te achterhalen dankzij documenten die zijn gevonden in een lek aan e-mails van het Colombiaanse Openbaar Ministerie, bevestigd door gerechtelijke dossiers, politierapporten, bedrijfsdossiers en interviews. De bevindingen laten zien hoe de drugshandel de afgelopen jaren is opengesteld voor kleinere groepen en lokale spelers, die vaak met elkaar en met grotere kartels samenwerken, waardoor gespecialiseerde vaardigheden in verschillende stadia van het smokkelproces worden ingebracht. Deze trend wordt aangedreven door nieuwe communicatietechnologie, de mondialisering van de drugshandel, groeiende markten en de fragmentatie van voorheen monolithische groepen heeft het moeilijker dan ooit gemaakt om hard op te treden. De Europese politie heeft de moderne georganiseerde misdaadstructuren vergeleken met de mythologische negenkoppige Hydra, die voor elk afgesneden hoofd twee hoofden kon laten groeien.
‘Het verwijderen van één hoofd doodt het monster niet’, zei het politiebureau van de EU, Europol, in een rapport uit 2021.
In Columbia gekweekt
De cocaïne die uiteindelijk in Nederland terechtkwam, begon zijn reis in Colombia, waar volgens de VN ruim twee derde van de cocabladeren in de wereld wordt verbouwd.
De politie zegt dat de coca afkomstig was uit het zuidwestelijke departement Putumayo, een grensgebied dat een van de topproducenten van het land is – en een hotspot voor rivaliserende mensenhandel groepen. De cocateelt is de afgelopen tien jaar in Colombia, maar ook in Peru en Bolivia in opkomst. Een grote stijging in 2021, in combinatie met de vooruitgang in de landbouwtechnieken, zorgde ervoor dat het mondiale cocaïneaanbod naar recordhoogtes steeg. De versplintering van groepen die ooit de handel monopoliseerden, heeft intussen geleid tot een meer competitieve, ‘vrije markt’-omgeving die de teelt en verwerking van cocaïne waarschijnlijk efficiënter heeft gemaakt, zegt het drugs- en misdaadagentschap van de VN.
Deze fragmentatie bood ook kansen voor bendes van buiten Colombia, wier kartels ooit de handel in verdovende middelen domineerden, van bron tot verkoop. De politie zegt bijvoorbeeld dat de samenwerking op het gebied van mensenhandel die door OCCRP is opgespoord, voor een groot deel werd gecontroleerd door een misdaadgroep uit Mexico.
De exacte identiteit van de Mexicaanse groep blijft duister. De Spaanse politie identificeerde het eerst als het Beltran Leyva-kartel, maar verslaggevers konden de bewering niet onafhankelijk verifiëren. Wel is volgens de politie duidelijk dat de groep een Colombiaanse connectie onderhield via een naar verluidt ervaren mensenhandelaar genaamd Jean Paul Hoyos Bohorquez, alias Sodapuppy. Op basis van informatie van Nederlandse aanklagers, beweerde de Colombiaanse politie dat Hoyos Bohorquez een hoofdcoördinator was van de overzeese cocaïnetransporten en toezicht hield op de laatste fasen van de productie en verkoop in Nederland. Moises Naim identificeerde midden jaren 2000 reeds, dat grensoverschrijdende netwerken, diversificeren in schendingen van smokkelwaar, onderhoud van corruptieve praktijken en betaling accepteerden in ruilmiddelen, waaronder drugs voor diensten en goederen, waaronder goud en vastgoed.
Mexico
Mexicaanse kartels, die ooit vooral als cocaïnekoeriers fungeerden, zijn nu vaak groothandelsleveranciers. Hoewel ze doorgaans de Amerikaanse markt bevoorraden, blijkt uit recente drugsvangsten dat ze ook Europa binnendringen, dankzij de samenwerking met in Europa gevestigde criminele netwerken. Dit was het geval in de samenwerking die door OCCRP werd opgespoord.
Nadat de Mexicaanse misdaadgroep cocaïne uit Colombia had veiliggesteld, zou deze vervolgens – samen met grote hoeveelheden methamfetamine – naar partners aan de andere kant van de Atlantische Oceaan zijn vervoerd, zo blijkt uit een Spaans politieonderzoek.
Net als de overgrote meerderheid van de in Europa in beslag genomen cocaïne, werden de drugs via zeecontainers verzonden. De afgelopen jaren hebben handelaren geavanceerde methoden bedacht om verdovende middelen te verbergen, variërend van het verstoppen in dozen met legale goederen tot het verstoppen van pakketten in de wanden van de containers zelf. Daarnaast heeft het vervagen van de grenzen tussen drugs op meer natuurlijke basis, waaronder zwarte teerheroïne, cocaïne en diverse cannabisproducten, tot synthetische eindproducten, vermenging of gemengde verkoop met synthetische drugs, mogelijkheden tot opslag in stedelijke gebieden verruimd.
De Surinamers in het Europese netwerk zijn inmiddels vertrouwde tussenpersonen en netwerkonderhouders geworden en fungeren als schakel in informatie- en misdaadnetwerken, met relatief veel bewegingsvrijheid en mobiliteit in verschillende jurisdicties.
Vrij vertaald – Bron: https://cdn.occrp.org/projects/narcofiles-the-new-criminal-order/