Minister Nurmohamed heeft onlangs gesteld, dat de bouw van de nieuwe vergaderruimte voor De Nationale Assemblee (DNA), geschiedt op verzoek van het parlement. “De middelen voor de bouw komen uit de begroting van DNA”, zei de minister. Volgens de bewindsman is de informatie van de aanbesteding hiervoor openbaar. De presidentiële commissie die hierover gaat, bestaande uit de ministers van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur; Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking en Openbare Werken (OW), hebben samen met president Chandrikapersad Santokhi het besluit genomen dat de bouwwerkzaamheden per 1 november 2023 zullen stoppen. Er is volgens Nurmohamed een dossier vanuit het ministerie opgesteld met het verzoek dat een technisch team van UNESCO naar Suriname komt om met de moderator en de architect te werken aan een oplossing binnen de mogelijkheden en de cultuur van Suriname. Volgens minister Nurmohamed zullen binnenkort bij wet ook richtlijnen komen voor veilig bouwen. Wij vernemen uit betrouwbare bron, dat het verhaal over het ‘technisch team’ niet helemaal naar waarheid is verteld, naar verluidt zal deze ontmoeting gewoon via een digitaal platform plaatsvinden. Wij vinden het prima dat de minister van OW tenminste de moeite heeft genomen om bepaalde vraagstukken te bespreken en duidelijkheid te verschaffen, maar wij willen ook weten, waarom hij met geen woord gerept heeft omtrent de aanbesteding voor de bouw van de vergaderzaal en waarom zijn ministerie zich achter de Onderraad voor Aanbesteding en Gunning (ORAG) verschuilt, want in eerste instantie was het werk gegund aan het bouwbedrijf Dundas N.V. die met USD 5 miljoen de laagste inschrijver was, enkele dagen daarna werd medegedeeld dat het werk gegund werd aan de hoogste inschrijver voor ruim USD 5,6 miljoen. Patrick Dundas, directeur van het bouwbedrijf Dundas N.V., heeft nu een zaak aanhangig gemaakt bij de rechter inzake de gunning voor de bouw van de nieuwe vergaderzaal van DNA. Dundas zei dat conform de tender, de laagste inschrijver het werk toegewezen zou moeten krijgen. Volgens Dundas werd er geen duidelijke reden aangegeven, waarom er uiteindelijk gekozen is voor Bouwvast Jankie N.V., de hoogste inschrijver. Dit bedrijf was enkele jaren geleden ook belast met de bouw van het afgekeurde Hoofdbureau van Politie aan de Verlengde Gemene-landsweg, dat nu gesloopt wordt. Dundas voelt zich zwaar benadeeld. Hij werd in eerste instantie wél gekozen, maar de Onderraad voor Aanbesteding en Gunning (ORAG), besloot dit besluit terug te draaien en te kiezen voor Bouwvast Jankie. Er wordt heel weinig hierop gereageerd vanuit de regering in de media, maar gelukkig hebben verschillende verenigingen zich wel hierover uitgesproken. Minister Nurmohamed heeft onlangs op 19 oktober wel per brief gereageerd op de protestbrief van de Algemene Aannemers Vereniging (AAV) tegen de gunning van het project ‘Het gebruiksgereed opleveren van het vergadercomplex van De Nationale Assemblee te Paramaribo’. Volgens de minister zijn bij deze aanbestedingen drie inschrijvingen geweest, waarvan twee na evaluatie positief werden bevonden. “Uit deze laatste selectie was Dundas Bouwbedrijf N.V. de laagste inschrijver. Het gunningsadvies vanuit het ministerie was deswege om dit bedrijf het werk te gunnen en op basis daarvan werd de heer Dundas voorbereid op spoedige aanvang van de uitvoering. Echter bleek deze stap uiteindelijk voorbarig te zijn genomen, daar vanwege de aan hem toebedeelde verantwoordelijkheid, de ORAG de instantie is die finaal bepaalt met betrekking tot gunningen en deze in dit geval anders heeft beslist. Op basis van het ORAG-besluit werd uiteindelijk de geselecteerde uitvoerder op 21 september jl. reeds gecontracteerd en is de uitvoering overigens inmiddels reeds gestart”, aldus Nurmohamed. De werkwijze van de onderraad, volgens het Reglement van Orde van de Raad van Ministers, is, dat de coördinerend minister, in dit geval de vicepresident, bij aangelegenheden in behandeling, de vergadering door ministers kan laten bijwonen. Daarnaast kan de voorzitter een kwestie naar de raad als geheel verwijzen, hetgeen thans dient te gebeuren.
Wij van Keerpunt vinden de brief van de minister alles behalve duidelijk en naar onze mening, verschuilt hij zich achter de ORAG, want wie zit er in deze onderraad die deskundig genoeg is om te bepalen aan wie het werk wordt gegund? Waarom zou het ministerie van OW niet capabel genoeg zijn om de gehele toewijzing te doen voor aanbestedingen, zolang zij zich aan het aanbestedingsreglement houdt?
De zaak stinkt, de heer Dundas heeft dit ook al door en hij heeft zeker genoeg punten om de zaak aan te vechten, zodat er tenminste in de toekomst niet wordt gerommeld met het aanbestedingsreglement.