Regering Santokhi-Brunswijk en de aan haar gelieerde fracties in De Nationale Assemblee, gaan het laatste volledige zittingsjaar van de termijn waarvoor zij verkozen zijn, in. De tijd om beloftes te verzilveren in resultaten is niet alleen aangebroken, maar dringt, met het einde van de regeertermijn en de aanvang van de politieke campagnes die traditie getrouw, druk plaatst op samenwerkende partijen, in het kor-te termijn vooruitzicht. Wij van Keerpunt blikken vooruit op de onderwerpen die het verslag en uiteindelijk de geschiedenis over dit regeer koppel en haar partners het meest zullen bepalen. Deze analyse zal in 2 edities van Keerpunt (zaterdag 9 en 16 september) verschijnen.
Kiesregeling
Het Constitutioneel Hof is inmiddels reeds enkele jaren duidelijk geweest in haar oordeel: het Kiesstelsel gebaseerd op het Districtenstelsel voldoet niet en verkiezingen dienen op 25 mei 2025 absoluut doorgang te vinden. Juridisch deskundigen, een Presidentiële Commissie en politieke fracties hebben allen initiatieven en voorstellen gepresenteerd, een wetenschappelijke week is over het onderwerp gehouden, maar De Nationale Assemblee heeft geen vergadering tot behandeling of aanname van een wetsvoorstel geagendeerd. Maatschappelijk is geen onderwerp zo veelvuldig en uitgebreid onderwerp geweest van debat, wetenschappelijk en populair. De regering zelf schiet flagrant tekort in haar grondwettelijke taak, door na het rapport van de commissie niet al haar grondwettelijk ten dienste staande middelen met de hoogste spoed aan te wenden om behandeling te realiseren. Lafhartig en onverantwoord, heeft Santokhi met iedere vertragingstactiek getracht verantwoording van zich af te schuiven, mede gezien de twee grote regeringspartijen onder het inmiddels ongrondwettelijk verklaard systeem naar de voorgrond zijn gekomen en hun oneigenlijke invloed aan dat stelsel danken. Beide coalitieleiders beseffen zich terdege dat zij onder een stelsel van evenredigheid geen schijn van kans zouden maken op dezelfde invloed. Beiden hebben voldoende historisch besef om te weten dat de voeten treden met de looptijd van regeertermijnen, de meest eenvoudige wijze zou zijn een cyclus van publieke onrust uit te lokken en tijdelijk, regeermacht te behouden, zonder serieus ingrijpen vanuit de internationale rechtsorde, aanvankelijk. Cynisme is in een klimaat van polarisatie en corruptie, een overlevingstactiek en diverse critici hebben dan ook meermaals gewezen op het gevaar van een karakteristieke macht behoudende inborst onder regeerders die vertragen, wanneer de grondwet na interpretatie, daadkracht vereist voor correctie. In dit zittingsjaar en vroeg daarbinnen, dient een Kies-regeling met wijzigingen aangenomen te worden, wil de regering de schijn van democratie of het streven daarvan, legitiem en rechtsstatelijk in het vaandel blijven behouden.
Grondrechten, concessies positie inheemsen
Bloed van onze eerste bewoners heeft hernieuwd de nationale bodem bevochtigd, terwijl deportatie van een mensenrechtenactiviste voor de rechten van in stamverband levenden, de bewapening en rancuneuze inzet van vreemdelingenbeleid markeerde. Decennia van onderin-vestering, onderontwikkeling en achterstelling zijn onder deze regering voortgezet. Kwalijker is dat de chaos aan uitgifte van mijnbouwrechten, houtkapaanspraken en grondgebruik, verder vermengd is geraakt met een gedoog en officieus beleid van toestemmingen door, met of langs traditioneel gezag of gezag pretenderende figuren. Onverwerkte trauma’s een geschiedenis van geweldsdelicten, zwakke handhavingsmechanismen en reactiecapaciteit, verlammen zowel het wettig gezag als het traditioneel gezag, in het bijzonder tegenover criminele en corrupte netwerken, sommigen in ondergrondse netwerken met hooggeplaatste functionarissen in de politiek, onder de inheemsen zelf, onder illegale migranten en onder drugsorganisaties. Gelieerdheid aan één groepering hoeft geen exclusiviteit ten opzichte van een andere te betekenen. De regering heeft op de diverse crises gereageerd via de formele, bestaande en disfunctionele instanties, die draagvlak en slagkracht missen en heeft interesse, noch moed getoond. De onlust, eenvoudig te ontaarden in verdere onrust, leeft en suddert voort.
Orde handhaven met rechtsstaat definiërende proces verwikkelingen uitkomst rechtsstaat
Ordehandhaving is minstens sedert herdemocratisering een speelbal gebleven van de ondertonen van een militair schrikbewind. De naweeën van twee staatsgrepen, een binnenlands gewapend conflict met aan het hoofd een militair en een ex militair die paramilitairen aanvoerden, slordige amnestie pogingen met weinig democratisch draagvlak en een gebrek aan werkelijke ontwapening en demilitarisering, gevolgd door een veiling van veteranen aan weerszijden aan internationale belangen, waaronder de drugskartels en illegale goudwinning, hebben een klimaat van geweld laten sudderen en broeien. De huidige president heeft een periode als hooggeplaatste politiefunctionaris en daarna als minister en zelfs vanuit de politieke oppositie als internationaal vertegenwoordiger gekend, waarbinnen hij aan wederopbouw van het justitieel apparaat heeft gewerkt. Hem mag met recht als bestuurder de nodige erkentelijkheid voor de inspanningen in die periode toegekend worden. De verwachting was dan ook, dat justitie en de rechtsstaat, een plaats en prioriteit toegekend zouden worden als nooit tevoren en dat als op andere gebieden, verwachtingen misschien overspannen waren, de hooggespannen verwachting op dit gebied, ten minste gebaseerd was op een track record uit het verleden. Het was dan ook merkwaardig, dat juist dit beleidsgebied, aan de onderhandelingstafel werd toegekend aan een partij onder leiding van een vicepresident, die niet alleen geprofiteerd heeft van amnestie, gestemd heeft voor amnestie, maar nationaal en internationaal vervolgingen, veroordelingen ervaren en ondergaan heeft, maar voor openlijke geweldpleging, zelfs de dans ontsprongen is, zonder de gevolgen die normale burgers zouden achtervolgen.
De naar beneden bijgestelde verwachtingen waren niet misplaatst en waarschijnlijk niet laag genoeg bijgesteld. Burgerrechten van activisten en journalisten worden met voeten getreden, geweld en intimidatie met steun uit de politieke hoek van de coalitie, bereiken een waterstandpeil ongekend sedert de jaren ‘80 en wat voor orde zou moeten doorgaan, is een constant dreigend geweld element in ordinaire straatcriminaliteit. Om nog te zwijgen van oplaaiende incidenten op 17 februari 2023 en 2 mei 2023, waar ordehandhaving niet slechts gefaald heeft maar door de functionarissen openlijk zijde gekozen is, in plaats van deëscalatie. De regering speelt een hoog en gevaarlijk spel, om tot zowel de rechterlijke macht in haar lang bestaande vorm, het Openbaar Ministerie, de gewapende macht als het Constitutioneel Hof onvoldoende afstand te bewaren. Zij poogt beïnvloeding, vervreemdt zich van de professionele non- politiek benoembare middenlaag aan beroeps- en vakmensen binnen de organisaties en stelt deze instituten bloot aan het jarenlang hiervoor onterecht gemaakt verwijt, dat partijdigheid aan de orde zou kunnen zijn. Dit alles op het kritieke moment, waarop, binnen een jaar tijd uitspraak en voortgang verwacht worden in spraakmakende rechtszaken tegen personen met een hoog profiel, welke de gemoederen zullen bewegen: het hoger beroep van het Decemberstrafproces, betrokkenen in de SPSB affaires, de voortvluchtige oud superminister, bevlogen activisten, etc. Er is terecht gezegd, dat een rechtsstaat en haar gezondheid niet vergelijkbaar zijn met een atleet of een nationaal kampioenschap. Desondanks is de rek niet eindeloos, deze regering heeft niet alleen niet genoeg gedaan om qua integriteit en deskundigheid de juiste bestuurders en functionarissen te positioneren en te voorzien van de juiste kennis en de juiste middelen. Daarnaast, mist zij de cultuur van onthechting, nadat de beleidsbeslissingen op uitvoerend niveau in werking zijn gesteld. Er tikken ten gevolge hiervan meerdere tijdbommen tegelijkertijd.
Prijsbeheersing en monetaire stabiliteit
Ondanks glashard de komst van IMF te bestrijden tijdens de verkiezingscampagne, heeft de regering zich als een verslaafde naar de methadon kliniek begeven en zich proberen te verdoven en verschuilen achter de rokken van dit instituut en de ontwikkelingsbanken. Enige goodwill vanuit een democratisch gekozen nieuwe wind, zette zich om in wat tranches, maar de feiten- en cijfers benadering van deze gemeenschap, bleek een andere dan de veel-beloven-weinig-geven theatervoorstelling, waarmee het Surinaamse electoraat was omgepraat. Budgetsteun werd stopgezet en inmiddels kan de regering de tussentijdse tranches al geruime tijd niet als uitstel van executie op een fundamenteel ongezond systeem van overheidsfinanciën toepassen. Belastingverhogingen hebben zich gericht op de middenklasse, subsidies zijn deels afgebouwd, maar daarmee betaalt de consument het gelach van inefficiënte parastatale nutsvoorzieningen en stabiliteit van de munt betekent tegenwoordig een maandje zonder koersschommeling. De factor brandstof is niet alleen een bron van irritatie, maar een roldeur van benadeling van de Surinaamse consument. Het mes snijdt schijnbaar aan drie kanten, namelijk:
a – Governmenttake die voorgoed afgezworen was, bleek niet alleen voortgezet te worden wanneer wereldmarktprijzen tot verlaging hadden moeten leiden, maar werd zelfs verhoogd.
b – Over de brandstof wordt BTW geheven, wat dus de zogenaamd ‘marktconforme’ verhoging verklaart. Iedere keer wanneer de prijs verhoogd wordt, levert dat de overheid een voordeel en de consument en producent een nadeel op. De overheid snoept door het percentage gegarandeerd mee en heeft dus een perverse prikkel de verhogingen doorgang te laten vinden.
c – Spoor- en waterwegvervoer, noch elektrisch vervoer, zijn in het distributienetwerk van Suriname onvoldoende ontwikkeld, om niet in iedere winkeluitgave, meteen een prijsverhoging te merken, wanneer de brandstofprijs verhoogt.
De schizofrene aankondigingen van ‘pakketten aan maatregelen’ die alle kanten op wijzen, hebben voorspelbaar niets geremd. Terwijl de monetaire autoriteiten publiekelijk de vinger naar elkaar wezen voor het ontsporen van de koers. De enige oplossing wat dat betreft is de leiderschap van een keuze voor een eenduidig valuta beleid, omdat de onderliggende productiewaarde uitblijft en de overheid niet aan middelen kan komen voor interventie. Of valuta zijn vrij verhandelbaar en verkrijgbaar, in welk geval ieder Suribet-kantoor meteen legaal ook een cambio vergunning toegekend zou kunnen worden en de aanvankelijke oververhitting uiteindelijk resulteert in een pijnlijk, maar realistisch equilibrium.
Of valuta wordt gecriminaliseerd, met handhaving (waar, zoals bovenin aangegeven niet in geïnvesteerd is voor geweldsdelicten, laat staan economische delicten) en zero tolerance, startend met de intrekking van de bestaande bank- en casino vergunningen voor een Ieder die doet aan matching deals, familie koersen, toerist voorschotten, horeca prijszetting. Startend bij de kringen waarvoor de president en vicepresident graag lintjes knippen met een feestje. Als er namelijk sedert het aantreden van de regering, niet een enkele high profile arrestatie, vervolging of veroordeling voor witwassen heeft plaats gehad in Suriname, maar wij desondanks bij de eenderde meest corrupte landen in de World Justice Project Rule of Law Index voorkomen, is de optelsom eenvoudig. Onze weg en intrede op de Financial Action Task Force grey- en blacklist zijn een kwestie van tijd.
Concreet kunnen we bij voortzetting van het getoonde beleid, realistisch niet anders verwachten dan:
– een wisselkoers van rond de SRD 60 voor 1 USD.
– een brandstofprijs van rond SRD 90 voor 1 liter.