Julius Caesar liet terwijl hij de Romeinse democratie aan het uithollen was, zich in een theatrale vertoning een kroon aanbieden, door Marcus Antonius, zijn rechterhand en co-consul. Hij wist, dat ondanks dat hij de wereld veroverd had en in een burgeroorlog het bloed van landgenoten rijkelijk had laten vloeien, alleen uit de schijn van democratie, waarde te behalen viel.
George Washington, die in zijn strijd voor de vrijheid van Amerika, ook bewoners van het zich vrij vechtend Amerika van het leven moest beroven vanwege loyaliteit aan de Britse Kroon, weigerde om tot Koning van Amerika gekroond te worden: de jonge republiek had democratie nodig voor goed leiderschap, geen toevallige machthebber die uit waardering of angst voor zijn toevallige positie, macht zou consolideren voor zichzelf en zijn familie.
De gouden kroon op het hoofd van de voortvluchtige partijgenoot van de ABOP, bij de inauguratie van de president, was een symbool van belediging aan zowel onze eigen democratie als aan onze eigen republiek. Desondanks gingen de president en vicepresident moedwillig met de thans voortvluchtige crimineel op de foto.
Wat zou een rebellenleider, met het bloed van Surinamers en het bloed van Afro Surinamers, klevend aan zijn handen, met nationale en internationale veroordelingen en voortvluchtigheid, volgend in diens spoor, met een totaal gebrek aan reisvrijheid en met totale onverenigbaarheid met een functie als vicepresident, op grond van diens bezittingen conform onze Grondwet, immers hebben, om afstand te nemen van de in formaat en geschiedenis, wat groenere en wat jongere crimineel op een dergelijke foto?
Van belang is ten eerste, dat onze Grondwet geen Koning van enige soort erkent en sterker nog, het gelijkheidsbeginsel voorstaat, evenals het beginsel van vrije en geheime verkeizingen. Onlangs nog heeft de minister van Justitie, het een staatsgevaar genoemd, dat een op internationaal recht gestoeld tribunaal, in Suriname actief zou zijn, maar vindt het klaarblijkelijk acceptabel, dat een schaduw monarchie of een schaduw totalitair regime, met titels en gezag, hier te lande zich niet alleen naast de zittende regering, maar geleid door een leidend lid van de zittende regering, actief zal gaan bewegen.
Van belang is ten tweede, dat een functionaris, een hartslag of verslikking verwijdert van het hoogste ambt, zich hult in de eenzijdigheid van etnische bekroning en de functionaris die voor iedere Surinamer klaar zou moeten staan en iedere Surinamer zich gelijk zou moeten doen voelen, zich vrij en gepast voelt, bij een bekroning op grond van een enkele etniciteit. Wij dienen ons conform dekoloniaal te bedenken, wat de reactie zou zijn, wanneer een functionaris het zou bedenken zich, met gebruik van staatsmedia en staatsmiddelen, zou laten bekendmaken, als te zijn de Koning van de Euro Surinamers. De multi-etnische gedachte, de verbroederingspolitiek, het streven naar eenwording, zijn nimmer dieper getroffen, dan met de symboliek, klevend aan het moment dat aanbreekt.
Ten derde moet men niet vergeten, dat na het bloed dat vloeide, Julius Ceasar door heel Rome verkozen was als consul, George Washington door heel jong Amerika als eerste leider verwelkomd werd, terwijl de figuur die zich thans als Koning opwerpt, niet kan rekenen op meer dan vijfentwintigduizend stemmen oftewel minder dan 10% van de kiesgerechtigde bevolking van Suriname. De toevalligheid van diens functie is het gevolg van angst voor twee corrupte criminele gewelddadige figuren die zich met politiek zijn gaan bemoeien en de valse gedachtegang, dat samenwerking met de een, een geoorloofd middel is de andere te beteugelen of te ontlopen.
Het vierde feit dat ons aanstaart, is dat de figuur welke zich Koninklijk wenst te achten, de Afro Surinamer op geen enkele manier vooruit geholpen heeft. Hij heeft zijn partijgenoot, Marinus Bee, in zelfzucht de eer ontnomen, om als eerste marron de voorzittershamer van De Nationale Assemblee te heffen, enkel om het moment in de zon voor zichzelf voor een enkele dag op te eisen. Hij heeft gedurende de jaren tachtig en de jaren negentig, bloed doen vloeien van Afro Surinamers aan de andere zijde van het gewapend conflict. Hij heeft qua studie, werkgelegenheid, inkomen, koopkracht of gezondheidszorg, de positie van de Afro-Surinaamse gemeenschappen, op geen enkele wijze verbeterd.
Ten vijfde, de titel van Koning ten spijt, kan de figuur in kwestie, het vliegtuig niet instappen naar een enkel buurland en geen van beide grensrivieren oversteken. Diens Koninkrijk zal zich dan ook niet ver uitstrekken of betekenis hebben, voor de subjecten die zich hier te lande aan hem onderwerpen.
In de reflectie over en van de Kroon, dienen wij als Surinamers echter wel ons zelfbeeld terug te zien. Niet vanwege de leegte van de titel, maar vanwege de volheid van de levensstijl. Nog nooit heeft een enkele figuur, zoveel wijd uitgestrekte oppervlakte, aan zijn familie en eigen vermogen zich toegeëigend. Nog nooit heeft enig persoon, zo grof de Surinaamse natuur vernietigd. Nog nooit heeft iemand zo grootschalig goudwinning zonder belasting afdracht, met gebruik van illegale migranten en overtreding van ieder arbeidsomstandighedenvoorschrift, zo wijd verspreid toegepast. Nog nooit heeft enig persoon meer functies aan meer bloedverwanten toegekend. En de tegenreactie, vanuit het Surinaams volk, is niet meer dan een glimlach, een zucht of gefluister naar elkaar toe. En sluipt, met een gewichtige kroon, op klaarlichte dag, de volgende bezitter, een democratische functie onwaardig, dichter en dichter naar het presidentschap.
A.A