Sedert president Luiz Inácio ‘Lula’ da Silva van Brazilië honderden garimpeiros uit de staten Do Para, Amdronas, Roraima, Rodonia en Amapa nabij de Frans-Guyanese grens opjaagt, is meer en meer te merken, dat in verschillende delen van ons binnenland, meer garimpeiros op koortsachtige wijze bezig zijn het edelmetaal te bemachtigen. Daarbij worden grote hoeveelheden kwik gebruikt.

Ook milieuactivist Erlan Sleur bevestigt de verontrustende werkwijze die de garimpeiros in het binnenland toepassen. Tevens wijst hij erop, dat ook zware criminele organisaties erbij betrokken zijn die drugsgeld witwassen door te investeren in de goudwinning.

De grote stroom garimpeiros vormt een enorme dreiging voor onze economie door de roekeloze handelingen die ze pleegt en het dreigend gevaar van kwik om aan het goud te komen. Volgens Sleur gaat het niet alleen om de goudsector, waaronder het smokkelen van goud een belangrijk deel heeft aan deze activiteiten, “maar ook onze bossen rivieren en gezondheid van de binnenlandbewoners”, zegt de milieuactivist.

Eind vorig jaar spraken wetenschappers van het Amazonepark hun extreme bezorgdheid uit. Ze constateerden “een catastrofale achteruitgang in de biodiversiteit in de grensrivier, de Maroni’’ (Marowijne).

De media in Frans-Guyana hebben het steeds over de wetenschappelijke raad van het park, die een motie heeft aangenomen. Hierin werd opgeroepen tot technische en politieke samenwerking tussen Frankrijk en Suriname om het vraagstuk gezamenlijk op te kunnen lossen. Dit probleem kan alleen worden opgelost als Frankrijk en Suriname tot een overeenkomst komen en een sterke politieke wil demonstreren een einde te maken aan deze situatie. De Raad van Wetenschappers van het Amazonepark in Frans-Guyana herinnert eraan, dat de conferentie (COP15) in Montereal de gelegenheid is geweest voor de verschillende partijen, het wereldwijde raamwerk voor biodiversiteit te verwezenlijken en ook hebben ondertekend. Volgens de raad zijn de historische verbintenissen inzake biodiversiteit, ook door Frankrijk en Suriname bekrachtigd. “Nu moeten zij de daad bij het woord voegen”, aldus de raad.