‘Bouterse en andere verdachten nog steeds schuldig aan moord’

Openbaar Ministerie onwrikbaar in hoger beroep:

Het Openbaar Ministerie stelt dat onomstotelijk is aangetoond, dat de hoofdverdachte Desiré Bouterse medeschuldig is aan de moord op vijftien mannen, gepleegd op 8 december 1982. Waarnemend procureur-generaal Astrid Niamat, maakte gisteren in haar requisitoir duidelijk dat Bouterse en de overige verdachten – Benny Brondenstein, Ernst Gefferie, Iwan Dijksteel en Stephanus Dendoe – nog steeds schuldig zijn aan moord. Irvin Kanhai, raadsman van de verdachten, had bij de vorige zitting vrijspraak van zijn cliënten geëist. Volgens de waarnemend procureur-generaal staat het standpunt van het Openbaar Ministerie recht overeind en zal het niet mee gaan met hetgeen de raadsman van de verdachten opgeworpen heeft. Het Openbaar Ministerie benadrukt, dat Bouterse en de overige vier andere verdachten nog steeds schuldig zijn aan moord met voorbedachten rade. Ook maakt het Openbaar Ministerie in zijn requisitoir duidelijk, dat Bouterse medeplichtig is aan de moord op vijftien personen met voorbedachten rade uitgevoerd na kalm beraad.

Met betrekking tot de rol van de overige verdachten, is volgens waarnemend procureur-generaal Astrid Niamat, duidelijk naar voren gekomen dat er een taakverdeling was om de vijftien personen te vermoorden. Hugo Essed, advocaat van de nabestaanden in het 8 Decemberstrafproces, zei tegenover de pers, dat de waarnemend procureur-generaal Astrid Niamat tot deze conclusie is gekomen, omdat Bouterse meer dan voldoende tijd had om na te denken wat hij van plan was en wat hij uiteindelijk gedaan heeft. ‘’Het betoog van de waarnemend procureur-generaal was een heel goed en stevig juridisch betoog’’, aldus Essed. Hij zegt dat geen andere conclusie getrokken kan worden, dan dat Bouterse medepleger is van de vijftienvoudige moord met voorbedachten rade. ‘’Ik denk dat we wat dat betreft een goed requisitoir hebben gehad‘’, aldus Essed.

Kanhai stelt tegenover de pers, dat het Openbaar Ministerie ‘’waanzinnigheden heeft verkondigd in zijn requisitoir’’. Volgens de raadsman van de verdachten, is er gedurende het proces tot nog toe geen duidelijkheid gegeven over wat er op 7, 8 en 9 december gebeurd is op de plaats van delict, Fort Zeelandia. ‘’Er geen duidelijkheid gekomen, omdat we niet ervan kunnen uitgaan dat militairen moeten oefenen om op twee meter afstand iemand dood te schieten.‘’ Het Openbaar Ministerie blijft erbij dat er sprake is van voorbedachten rade, doch Kanhai vraagt zich af, uit welke bewijsmiddelen dat is gebleken. Buitenlanders die de mogelijkheid hebben willen creëren om Suriname te dekoloniseren, zijn zegt Kanhai, verantwoordelijk voor de gebeurtenissen van het jaar 1982 en ook december 1982.

De eerstvolgende zitting vindt plaats op 31 juli. Dan zal Kanhai zijn dupliek houden en zal tevens het laatste woord gevoerd worden. Op een nader te bepalen datum zal de uitspraak volgen. Indien de uitspraak niet in het voordeel is van de verdachten, zegt Kanhai dat de mogelijkheid opengehouden wordt om de zaak internationaal aan te vechten.

More
articles