Tijdens de assembleevergadering inzake de Wet verbod slachten van drachtige runderen, zei de voorzitter van de commissie van rapporteurs, Rajendrekoemar Debie, dat afgezien van enkele kanttekeningen, de wet goed is ontvangen. Volgens hem zullen deze opmerkingen geen noemenswaardige vertragingen met zich meebrengen. Hij verwacht dat de wet vlot zal worden aangenomen, na de beantwoording van vragen door de regering volgende week dinsdag 21 maart. Het DNA-lid wijst erop dat met name de melkveesector, middels deze veranderde wetgeving melk voor de samenleving zal kunnen garanderen. Volgens hem is de jaarlijkse melkproductie meer dan 2 miljoen liter, maar de behoefte is meer dan 6 miljoen liter. Hij meent dat met de wet in het vooruitzicht, er ruimschoots in de behoefte zal kunnen worden voorzien. Het DNA-lid wees op de 11 miljoen dollar, die jaarlijks wordt uitgegeven aan melk en melkpoeder uit het buitenland, die wordt geïmporteerd. Hij zei dat die uitbesteding veel minder kan zijn en er iets anders met het geld kan worden gedaan.

Ook zei hij dat de grotere vraag naar vlees in de samenleving niet tot problemen hoeft te leiden. Volgens hem zal met het verbod op het slachten van drachtige runderen, er geen beperking ontstaan op rundvlees.

Echter waren de debatten in het parlement, tijdens de behandeling van deze wet, toegespitst op het minder snel groeien van de rundveestapel. Juist door het slachten van drachtige runderen, bleek dat te kunnen bijdragen in het tekort en aan de behoefte te voorzien in de rundveestapel. Hoewel de voorzitter van de commissie van rapporteurs stelde, dat ook de prijsstijging van 2021 niet verder zal toenemen, maakte hij wel duidelijk, dat prijsstijgingen in deze sector vaak te maken hebben met de behoefte van c.q. vraag van de consument en het vlees niet voorradig is. Het assembleelid Mahinder Yogi van de VHP-fractie, meende dat de wet eigenlijk niet hoeft, als het beleid toeziet op de randvoorwaarden voor de boeren in de sector. Evenals Debie wees ook hij op de inputs, die wel mee berekend worden in prijsstijgingen. Yogi wees ook op het ontbreken van de voorlichting voor boeren en uitte zijn bezorgdheid met betrekking tot jongeren die zich niet aangetrokken voelen tot het beroep van veeboer onder de huidige omstandigheden in de sector.

Zijn collega Debie stelde voor, een model melkveebedrijf op te zetten, waar boeren getraind kunnen worden en het beter betrekken van de inputs voor deze sector. De fractie van de NDP onder leiding van de fractievoorzitter Rabin Paremessar, stelde zich terug te kunnen vinden in de wettelijke maatregelen, echter wil de fractie een holistische benadering van de aanpak in de sector zien.