De grootste geldschieters van de Staat Suriname zijn: het Oppenheimer Fund, de Volksrepubliek China, de Islamic Development Bank (IsDB), de Inter- American Development Bank (IDB) en onze eigen Centrale Bank. Alleen aan de schuld van Oppenheimer, betaalt de Staat Suriname USD 6 miljoen per maand aan rente. De rentes op de Oppenheimer-obligatieleningen, ook wel bekend als Oppenheimer I en II, moeten nu wel betaald worden, waardoor dit geld dus niet naar scholen of gezondheidszorg kan. Onze brandstofschuld was tot vorige maand nog USD 70 miljoen bij de oliemaatschappijen, hoe halen wij dit land uit de economische malaise? Suriname heeft tijdens de regering Bouterse onder leiding van de voortvluchtige ex-minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, twee enorme obligatieleningen op de internationale kapitaalmarkt uitgezet onder auspiciën van Oppenheimer. In oktober 2016 ging de regering Bouterse een obligatielening aan van USD 550 miljoen op de internationale kapitaalmarkt. De afspraak was dat deze hoofdsom in 2026 terugbetaald moest worden. Na de verkiezingen van 2020 merkte assembleelid Asiskumar Gajadien op, dat er op een misdadige manier is omgegaan met staatsfinanciën. Hij haalde aan dat van de USD 550 miljoen lening via Oppenheimer, slechts USD 7.3 miljoen is besteed aan een investering in Newmont. De rest is consumptief verdampt, concludeerde hij op basis van de presentatie van toenmalige financiënminister Armand Achaibersing. Dit is de manier waarop men met heel veel geleend geld is omgaan tijdens het vorige bewind. Kortom, de regering Bouterse I en II hebben door tussenkomst van Hoefdraad als minister op Financiën en als governor bij de Centrale Bank, meer dan 200 leningen afgesloten bij verschillende instanties. In de periode 2010 tot juli 2020, zijn er om precies te zijn 225 leningen afgesloten door de Surinaamse regering, waarvan 169 in vreemde valuta en 56 in SRD. Op de website van het Bureau voor de Staatsschuld, kan eenieder zien, hoe het staat met de leningen van de overheid. De leenovereenkomsten zijn gedetailleerd uitgewerkt en geven aan waarvoor het geld bestemd was. Nadat Keerpunt alle leenovereenkomsten nauwkeurig heeft bekeken, kunnen wij met zekerheid stellen, dat de regeringen Bouterse I en II in tien jaar tijd, rancuneus financieel wanbeleid hebben gevoerd, omdat zij het klaar hebben gespeeld om grote buitenlandse en binnenlandse schulden aan te gaan, zonder enige overweging over hoe dit geld terugbetaald zou worden. Deze wrange vruchten plukken wij tot op heden. Het vertrouwen in onze voorheen stabiele munt is totaal verdwenen en de enige manier waarop wij nu weer kunnen herstellen, is met een pakket aan maatregelen dat ons allemaal heel ‘duur’ komt te staan.