Het Openbaar Ministerie (OM) heeft op maandag 6 februari bij de voortzetting van het hoger beroep in de rechtszaak van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) affaire, zijn bewijslast tegen de verdachten Ashween Angnoe, zakenpartner van de ex-governor Robert van Trikt, en Faranaaz Hausil ex-directeur Legal, Compliance & International Affairs van de CBvS, aangescherpt. De vervolging blijft bij haar eerste oordeel, dat de ex- governor Van Trikt en voormalig directeur van de Surinaamse Postspaarbank (SPSB), Ginmardo Kromosoeto, en nu ook Angnoe en Hausil, schuldig zijn. Gezien de bewezenverklaring in eerste aanleg, de strafmaat en de belastende feiten en omstandigheden, is er een reële kans op gevangenneming.
Angnoe
Het OM is van mening dat Angnoe zijn positie als direct betrokken zakenpartner van Van Trikt zou hebben misbruikt. Volgens het OM zou hij hebben samengespannen met de ex-governor als diens adviseur of vertrouwenspersoon en daardoor kon hij ook diensten leveren bij de contracten aan Clairfield. Met betrekking tot deze case heeft de ondernemingsrechtbank Brussel in oktober vorig jaar beslist, dat het Belgische bedrijf Clairfield ruim euro 2.5 miljoen terug moet betalen aan de Centrale Bank van Suriname. Het ging in deze zaak om de contracten die waren getekend door de toenmalige governor Van Trikt en de topman van Clairfield, Hans Buysse.
Clairfield stuurde zeven facturen naar de CBvS, waarvan zes werden betaald. Omdat de Centrale Bank de verdere betaling weigerde, stapte Clairfield naar de rechter in België. Het bedrijf Clairfield Belgium had in eerste instantie de zaak aanhangig gemaakt tegen de CBvS voor betaling van de nog openstaande rekening van euro 320.000 en diende ook een claim van euro 1.2 miljoen in voor onrechtmatig beëindigen van vijf contracten. Het gaat in deze om de overeenkomsten Prodigy 1, Prodigy 2, Prodigy 3, Prodigy 5 en Lagarde 1 tussen partijen. De Centrale Bank heeft echter ook een tegenvordering ingediend, waarbij de geldige grondslag van de overeenkomsten werd betwist. De overeenkomsten tussen Clairfield en de CBvS missen volgens de Belgische rechtbank, een geldige grondslag. De rechtbank verklaarde vervolgens de vordering van Clairfield als ongegrond en de tegenvordering van de CBvS als gegrond. Dit vonnis van de Belgische rechtbank is bij voorraad uitvoerbaar, waardoor Clairfield een bedrag van ruim euro 2.5 miljoen moet betalen aan de CBvS.
Het OM is van mening dat, omdat dit Belgische bedrijf het accountantsbedrijf Orion zou hebben aangetrokken als onderaannemer en Angnoe, de directeur van Orion, samen met Van Trikt aandeelhouder is, hij niet los staat van deze zaak. Net als in eerste aanleg, haalde het OM de relevantie van de projecten aan en de toegekende bedragen die contractueel zijn afgesloten voor het uitvoeren voor de projecten. De projecten waren op basis van een fixed fee contract afgesloten. Het OM eist voor Angnoe, die momenteel voorwaardelijk vrij is, bevestiging van het vonnis in eerste aanleg.
Hausil
Hausil werd juli vorig jaar vroegtijdig in vrijheid gesteld en heeft reeds twee derde van haar straf uitgezeten. Zij heeft echter hoger beroep aangetekend, omdat zij voor vrijspraak gaat en riskeert daarmee bevestiging van haar vonnis in eerste aanleg. Hausil heeft tijdens de zitting op 5 december, de beschuldigingen ontkend op grond waarvan zij in eerste aanleg is veroordeeld en verweet het Openbaar Ministerie ook, dat het bewust haar getuigenissen heeft verdraaid en een andere uitleg heeft gegeven om bewijs te vinden voor vervolging. Zij haalde op die dag tevens aan, de zaak betreffende de verkoop van overheidspanden aan de bank, kredieten gegeven aan de staat en het geven van een andere bestemming aan de royalty’s van Grassalco. Het OM eiste onlangs vernietiging van haar vonnis in eerste aanleg en opnieuw veroordeling, weliswaar is de strafeis hetzelfde: drie jaar, met aftrek van de tijd die zij al heeft doorgebracht in het gevang. De raadsmannen van Hausil zijn altijd bij het standpunt gebleven, dat hun cliënt onschuldig is. De hoofdofficier had in augustus 2021 aan de kantonrechter gevraagd, Hausil te veroordelen conform de voorgestelde strafeis van vier jaar cel onvoorwaardelijk en een boete tot een totaal van SRD 100.000, subsidiair 10 maanden hechtenis en haar gevangenneming. Haar raadslieden Murvin Dubois en Raoul Lobo hadden al eerder in hun verweer aangehaald, dat hun cliënt strafrechtelijk zaken wordt verweten, zonder dat daar enig wettig bewijsmiddel tegen is geleverd. Dubois en Lobo stelden, dat er ongefundeerde conclusies zijn getrokken tegen hun cliënt. Beide advocaten hebben bij elke zitting voor vrijspraak van hun cliënt gepleit. Hausil heeft meerdere malen in de rechtszaal verklaard, onschuldig te zijn.
Bewijslast
Volgens de kantonrechter blijkt uit de bewijslast, dat Hausil schuldig is aan overtreding van artikel 13 lid 1a van de Anti-corruptiewet. Er was sprake van een nauwe en bewuste samenwerking tussen haar en de overige verdachten die eveneens gevonnist zijn. Kantonrechter Maytrie Kuldipsingh motiveerde in haar requisitoir vorig jaar, dat bewezen is dat Hausil medepleger is van de strafbare feiten. ‘’Hausil heeft in strijd met de wetten gehandeld, waardoor er sprake is van grootschalige corruptie. Zij kan hierdoor strafrechtelijk vervolgd worden. ‘’Hausil had moeten weten welke nadelige gevolgen zouden volgen uit haar handelingen”, motiveerde Kuldipsingh.
Van Trikt en Hoefdraad
Op 28 januari 2020 werd op verzoek van de gewezen minister van Financiën aangifte gedaan, ondertekend door de regeringscommissaris van de Centrale Bank en de bankdirecteuren op basis van het rapport van een advocatenkantoor. Bij het onderzoek dat was ingesteld door de Centrale Bank in opdracht van Hoefdraad, werd Van Trikt binnen een week in verzekering gesteld op 6 februari 2020. Zijn aanhouding was gebaseerd op de contracten die hij was aangegaan met het Belgisch adviesbureau Clairfield. Van Trikt werd letterlijk voor de leeuwen ge-gooid, want Hoefdraad en de overige bankdirecteuren deden aangifte contra hem, terwijl ze van alles op de hoogte waren en zelf hebben geparticipeerd. Dit verduidelijkte Van Trikt onlangs in zijn laatste woord. Alle contracten/ overeenkomsten werden altijd eerst gescreend door de afdeling Legal, waar Hausil de leiding over had. Deze documenten gingen volgens de ex-governor, na goedkeuring van de afdeling Legal naar de bankdirecteuren, waar de Raad van Commissarissen ook van op de hoogte was en daarna kwamen de stukken bij het secretariaat van de governor om te tekenen.
Van Trikt weerlegde in november 2020 in de rechtszaal alle belastende verklaringen die tegen hem waren ingebracht in zijn laatste woord. Van Trikt verklaarde toen dat de voortvluchtige ex-minister Hoefdraad, alle touwtjes in handen had bij de deals die waren gemaakt. Volgens Van Trikt is Hoefdraad de persoon die alle zaken had voorbereid en contracten heeft laten sluiten. Hoefdraad is, aldus Van Trikt, in hoogst eigen persoon verantwoordelijk geweest voor deze heel onsmakelijke kwestie.
Van Trikt stelde dat hij niet alleen door Hoefdraad, maar ook door Hausil, in onwetendheid is gelaten over de werkwijze en procedures binnen de moederbank. Volgens het onderzoek van het OM had Hausil in een e-mail toegegeven, dat er bij de aankoop van de panden sprake was van monetaire financiering, maar dat was volgens haar, minder erg dan als zou blijken, dat de CBvS zaken had gedaan met niet-integere personen. Het vermoeden bestaat, dat zij het in dezen had over Robert Putter, die ook in opspraak is geraakt in de corruptiezaak van de Surinaamse Postspaarbank (SPSB).