Op initiatief van de ex-governor Robert van Trikt, de toenmalige regeringscommissaris van de CBvS, Vidjai Kirpalani, de ex-PG mr. Roy Baidjnath Panday en de handelsbanken, Finabank, DSB en Hakrinbank, werd getracht in september 2019 de geldzending van euro 19,5 miljoen uit Nederland terug te halen, die volgens hen onterecht in beslag was genomen. Na een juridische strijd van ruim 3,5 jaar, werd afgelopen week beslist door het gerechtshof Amsterdam (Nederland), dat het strafvorderlijke beslag dat in april 2018 te Schiphol werd gelegd op een geldzending uit Suriname van euro 19,5 miljoen euro in contanten, opnieuw wordt opgeheven.
Dit heeft het Hof in Amsterdam beslist, na verwijzing door de Hoge Raad. Het Hof verklaarde hiermee het klaagschrift gegrond en gelast de teruggave van: Euro 4.500.000,00 (vier miljoen vijfhonderdduizend Euro) aan de Finabank, Euro 10.000.000,00 (tien miljoen Euro) aan Hakrinbank en Euro 4.999.000,00 (vier miljoen negenhonderdnegenennegentigduizend Euro) aan De Surinaamsche Bank (DSB). De Centrale Bank van Suriname heeft bekendgemaakt zeer tevreden te zijn met de beslissing van het Gerechtshof Amsterdam. Hoewel het Nederlandse Openbaar Ministerie nog de mogelijkheid heeft tot cassatie, is de Centrale Bank van Suriname zeer positief gestemd over de uitspraak en kijkt uit naar een spoedige teruggave van het geld. De moederbank liet verder weten, hard te werken aan de verdere normalisering van de noodzakelijke geldzendingen ter giralisering van contante vreemde valutamiddelen en aan het verbeteren van het internationaal bancair verkeer met de lokale banken. Dit besluit van het Gerechtshof Amsterdam, zal hopelijk de mogelijkheid bieden dat wij onze bankrelaties wederom weer kunnen benaderen voor internationale transacties, zolang wij voldoen aan de AML/CFT en compliance richtlijnen. De financiële problemen van ons land zijn met de teruggave van euro 19,5 miljoen, zeker niet totaal opgelost. Politici hebben vaker aangehaald, dat de schaarste aan US-dollars, te wijten is aan de inbeslagname van euro 19,5 miljoen en het daardoor niet kunnen wegsturen van geldzendingen. Keerpunt is van mening, dat dit te maken heeft met wantrouwen ten aanzien van het Surinaams monetair beleid, waaronder het niet kunnen voldoen aan internationale regels en het vinden van correspondentbanken. Vertrouwen en reputatieherstel zijn nu de zaken die wij als cruciaal moeten zien om te komen tot een gezonde samenwerking met het buitenland.