Dorinnie over ontwikkelingen CBvS

De Centrale Bank van Suriname (CBvS, de Bank), heeft in verband met haar 65e jubileum, een documentaire samengesteld. De Centrale Bank is de monetaire autoriteit van ons land en functioneert als toezichthouder op de financiële sector, als bankier van de commerciële banken en als kassier, bankier en financieel adviseur van de staat. De Bank heeft als hoofddoelstelling het behoud van de koopkracht van de Surinaamse dollar, SRD. In de documentaire kwamen verschillende medewerkers van de Bank aan het woord, onder anderen de directeur Monetaire Zaken en Economische Aangelegenheden, Harry Dorinnie.

Volgens Dorinnie, is hij ‘’de meest optimistische Surinamer’’. Dorinnie zegt dat de Centrale Bank zijn universiteit is en wat hij bij de Bank geleerd heeft, van onschatbare waarde is.

Dorinnie ging in op de stijgende koers in Suriname. Begin jaren zeventig tot zeker begin jaren tachtig, kende Suriname een stabiele koers van SRD 1.80. Het was een tijd waarin Surinamers zich niet druk hoefden te maken over de wisselkoers. ‘’Suriname deed het geweldig goed, maar ook toen al werd er geklaagd, en dat heeft mede geleid tot de coup van 1890, als we de geschiedenis nagaan’’, zegt Dorinnie.

Hij benadrukt dat Suriname hierdoor in 1984 failliet was. “We hebben een zeer hoge prijs betaald, een hoge prijs in termen van hoge inflatie: een inflatie van boven de 300 procent.”

Door de problemen in de economie is de Centrale Bank in 2016 besprekingen begonnen met het Internationaal Monetair Fonds (IMF). “Prijzen zouden natuurlijk stijgen, maar een van de belangrijkste dingen was de koers, die moesten we los laten. Als we dat programma hadden uitgevoerd, was die koers waarschijnlijk blijven steken op SRD 7 en SRD 8 en dat was nog verteerbaar ten opzichte van waar we nu staan, dus in feite toen al moesten we orde op zaken stellen.

Volgens Dorinnie zijn monetaire kwesties, onderdelen van macro-economie. “Suriname is geen eiland. Wat in de rest van de wereld gebeurt, is van grote invloed op wat in Suriname gebeurt, neem maar de olieprijs; als de internationale olieprijs stijgt, stijgen ook de prijzen in Suriname.’’

Dorinnie benadrukt dat wij als Surinamer onze toekomst veilig kunnen stellen door zelf te produceren. ‘’De jongeren moeten van het belang hiervan bewust gemaakt worden.’’

Volgens Dorinnie zullen we een heel ander Suriname krijgen wanneer we de private sector overnemen qua productie en meer gaan exporteren. “En ik zeg het u, we krijgen een Suriname, waar iedereen waarschijnlijk naartoe zou willen komen om te wonen. We zouden een Suriname krijgen, waar iedereen wel drie keer zou nadenken om het land te verlaten. Het is te bewerkstellingen. Daarom ben ik niet bang voor de toekomst van Suriname”, aldus Dorinnie.

More
articles