Het Integrity Committee van de Staatsolie Maatschappij Suriname N.V., kreeg in oktober 2021, een melding over mogelijke onregelmatigheden betreffende een medewerker en een dienstverlener van Staatsolie bij het uitvoeren van werkzaamheden voor Staatsolie. Op vragen van De West met betrekking tot deze kwestie, zei Staatsolie in begin september, dat zij na de melding aan de afdeling Internal Audit, het verzoek heeft gedaan om deze melding verder te onderzoeken. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in de periode oktober 2021 t/m maart 2022 en heeft uitgewezen, dat medewerkers van Staatsolie hebben samengespannen en handelingen hebben gepleegd met twee dienstverleners van Staatsolie, waarbij Staatsolie ernstig financieel is benadeeld voor een bedrag dat tot nu toe is vastgesteld op tenminste USD 1.400,000 (een miljoen en vierhonderdduizend USD).
Deze Staatsolie-medewerkers, die verantwoordelijk waren voor de controle en het toezicht op zandleveringen en zgn. machine-uren, waaronder ook de juistheid van de onderliggende documenten en facturen, hebben het mogelijk gemaakt en eraan meegewerkt, dat deze dienstverleners facturen konden indienen en uitbetaald werden voor niet geleverde diensten van zandleveringen en zgn. machine-uren. Voor justitieel onderzoek van deze zaak, ter zake de enorme financiële schade en benadeling van Staatsolie, is er op donderdag 24 maart 2022, aangifte gedaan bij de politie te Groningen.
Deze zaak wordt thans onderzocht door de afdeling Fraude van het Korps Politie Suriname.
“We hebben deze mensen ontslagen en daarna onze bevindingen overgedragen aan de politie van Saramacca en die heeft vervolgens een onderzoek gedaan en de zaak ligt nu bij het Openbaar Ministerie. Onze juridische adviseurs hadden aangeraden, geen stappen te ondernemen, omdat er eerst een politioneel onderzoek moet zijn, voordat je iemand in staat van beschuldiging kan stellen. Tot nu toe is niemand aangehouden”, aldus de CEO van Staatsolie, Annand Jagesar, tegenover de krant.
“In deze kwestie ging het in eerste instantie niet om fysiek geld, maar om grote hoeveelheden zand die geleverd zijn en dan werden er grotere hoeveelheden genoteerd op de bon en gedeclareerd bij Staatsolie. Deze leveranciers mogen geen diensten meer leveren aan Staatsolie en zij waren het natuurlijk daarmee niet eens, maar dat is voorlopig het besluit tot het uitsluitsel komt in het onderzoek. Deze zaak is een beetje complexer, omdat het gaat om de waarde van zand dat is geleverd over een bepaalde tijd. Ruim drie medewerkers zijn reeds ontslagen en uit het politioneel onderzoek zouden mogelijk meer verdachten in beeld kunnen komen”, aldus Jagesar. Hij vindt het jammer dat medewerkers van Staatsolie zich hieraan schuldig hebben gemaakt, ‘’want zij verdienen goed en dan weet je niet welke reden ze moeten hebben om te gaan stelen”.
-door Gladys Findlay-
