De president heeft onlangs de jaarrede in DNA gepresenteerd en gezegd, dat de economische situatie in het land nog nijpend is, maar ondanks dat, ziet hij nog altijd licht in de tunnel. Deze verkondiging is de samenleving niet vreemd, gezien ons reeds aan het begin van het jaar, verlichtende maatregelen werden beloofd. We zouden het toen beter hebben en de broekriem zou losser komen te zitten. Maar tot onze grote verbazing zijn we juist geconfronteerd geraakt met een aldoor stijgende wisselkoers voor vreemde valuta, stijgende winkelprijzen en een toename van de brandstofprijzen. Bedoelde de president dit met broekriemen losser maken of had hij het erover, dat de samenleving zou afslanken door de stringente maatregelen? Je vraagt je af, welke instantie of wie in dit land nog bescherming kan bieden aan het volk. Met een koers van SRD 29 voor de US-dollar, moet de ‘kleine man’ in zijn onderhoud zien te voorzien en moet ook nog de huur betaald worden. Schoolkinderen die met een lege maag de school moeten bezoeken, omdat ouders niet meer in staat zijn dagelijks brood op tafel te zetten. Dat is waarmee wij nu geconfronteerd raken. Een vicepresident die belooft om in deze hele situatie verandering te brengen, en misschien zelfs de stekker eruit wil trekken, dat moet dienen als stemmingmakerij. Hoe ziet men licht in de tunnel, wanneer winkeliers bij enige schaarste van een goed, nog altijd overdrijven met de verhoogde winkelprijzen en er geen controle hierop wordt toegepast? Voor wie is er dan licht in de tunnel? Voor de mensen wier zakken reeds gevuld zijn met staatsgelden? In ieder geval niet voor de ‘kleine man’, die het moet doen met een achturige baan.