Als je dagelijks in Albina bent of er komt, valt het niet meteen op, maar als je er enige tijd niet bent geweest, zie je overduidelijk het verschil van neergang en verpaupering. Reeds bij het binnenrijden van Albina, kan je bij de plek die bekend staat als ‘Albina Bergi’, een onhoudbare toestand waarnemen.
Daar heeft een zogeheten automonteur, kapotte auto’s langs de weg staan, die al tijden niet meer rijden en niet worden weggehaald. Gewoon autowrakken die daar niet thuishoren. En er worden vanwege het districtsbestuur, al enige jaren geen stappen ondernomen die moeten leiden tot sommering aan deze figuur, de afgedankte voertuigen te verwijderen. Rijd je het dorp in, dan bemerk je een situatie, waarbij er nauwelijks of geen regels meer gelden of dat het plaatselijke gezag, een laat-maar-waaien-houding heeft aangenomen. Controle op de naleving van regels die in een moderne samenleving gelden, schijnt hier helemaal te zijn weggevallen. Het overmatig alcoholmisbruik voor winkels is op diverse locaties overduidelijk waarneembaar.
Voorts kan ook worden geconstateerd, dat er overal maar wat wordt gebouwd en de vraag die gelijk rijst, is of al deze mensen die daar constructies neerzetten, ook beschikken over titels op de grond en op zijn minst, een grondhuurtoezegging in de portefeuille hebben.
Doordat er maar lukraak wordt gebouwd en de ruimtelijke ordening al jaren totaal zoek is, is het niet uitgesloten dat Albina uiteindelijk in een grote ‘favela’ verandert en dat de overheid uit bepaalde overwegingen, daar vrede mee heeft. Er wordt in Albina en directe omgeving maar wat aangerommeld en het heeft er veel van dat de meest brutalen, daar ongestraft maar kunnen doen en laten. Voor wat betreft de gewone onderhoudswerkzaamheden van wegen en bermen, is zeer veel over te zeggen. Er ligt op veel plaatsen veel vuil langs de weg en in de berm en er heerst een neersmijtcultuur. De bermen langs de wegen worden nog maar nauwelijks of helemaal niet meer onderhouden, en ook nabij Marijkedorp zijn er afgedankte autowrakken gewoon in de berm achtergelaten en het districtsbestuur grijpt niet in. Er heerst een stuitende mentaliteit van ‘laisser faire laisser aller’, die de verdere verpaupering alle ruimte biedt. Langs de zogeheten weg naar ‘passie’, zijn de bermen aan weerszijden zo begroeid geraakt, dat er geen sprake meer is van louter hoog wied. Nabij het vliegveld dreigt de begroeiing de weg zelfs over te nemen. Het onderhoud van het vliegveld laat ook al jaren veel te wensen over. Een zeer belangrijk deel van de infrastructuur in Albina, betreft de oeververbinding over de Anjoemarakreek, die toegang tot alle noordelijk gelegen inheemse dorpen mogelijk maakt. Van een veilige oeverbinding kan al tijden niet meer gesproken worden. Brugleuningen zijn allang weggerot of weggeslagen en aan de reparatie is helemaal niets meer gedaan. Moeten particulieren de reparatie komen doen? Of zal de overheid toch uiteindelijk hier een brug van beton laten neerzetten? Dat het zo niet verder kan, behoeft geen langdradig betoog. Een Albinees verklaarde tegenover ons, dat er zo snel mogelijk een beter en slagvaardiger beleid dient te komen vanwege het districtsbestuur, want als er geen verandering komt, zal de chaos die er nu reeds heerst, overslaan in anarchie. Van dit punt zijn we echt niet ver meer verwijderd.