Geen zekerheid over juistheid pensioenvoorzieningen ex-governors
“Het kapitaal van de Bank per 31 december 2018 dient conform artikel 4.1 van de Bankwet als gevolg van de devaluatie van de Surinaamse dollar in de maand december 2016, wettelijk te worden verhoogd met SRD 13.964.307. Het aan te vullen kapitaal over boekjaar 2015 ad SRD 2.621.538 is per 28 april 2020 verdisconteerd in de nieuwe lening ‘Geconsolideerde Staatsschuld-IV’ en dus opgenomen als vordering op de Staat. De betreffende aanvulling op het kapitaal wordt met de incorporatie in de ‘Geconsolideerde Staatsschuld-IV’, niet geacht te zijn bijgestort. Daardoor is met de presentatie van de verhoging van het kapitaal per 31 december 2015, door middel van de opname van een vordering op de Staat per 31 december 2015, niet voldaan aan de hiervoor geldende wettelijke eisen conform de Bankwet”, aldus de accountant van BDO Assurance N.V., R. Ferrier.
Er is volgens Ferrier, evenmin voldaan aan de kapitaaleis per ultimo boekjaar 2018 vanwege het feit dat zowel de kapitaalaanvulling betreffende de devaluatie van 2015, als de kapitaalaanvulling over de devaluatie over boekjaar 2016 van totaal SRD 16.585.845 is gestort. “Per 18 januari 2022 is de aanvulling van het kapitaal over de boekjaren 2015 en 2016 door de Staat gestort, echter, de facto op 31 december 2018 wordt niet voldaan aan de kapitaal eis conform artikel 4.1 van de Bankwet. Volgens de accountant zijn er hierdoor onzekerheden met mogelijk effect op de jaarrekening 2018. BDO Assurance N.V. is in 2021 benoemd tot externe onafhankelijke accountant van de Bank voor boekjaren aanvangend vanaf 1 januari 2016.
Dit heeft tot gevolg dat het niet mogelijk is gebleken om voldoende en geschikte controle-informatie te verkrijgen over de effectieve werking van de administratieve organisatie en de maatregelen van interne beheersing gedurende het boekjaar 2018. “Dit heeft tot gevolg dat wij niet voldoende kunnen steunen op de interne beheersing. Daarnaast is het voor ons niet mogelijk gebleken om door andere (gegevensgerichte) controlewerkzaamheden voldoende en geschikte controle-informatie te verkrijgen over de in de jaarrekening opgenomen transacties en de daarmee rechtstreeks samenhangende posten. Hierdoor zijn wij niet in staat geweest op rationele wijze de vereiste zekerheid te verkrijgen over de jaarrekening als geheel”, aldus BDO.
Voorraden
Door de benoeming van BDO Assurance N.V. in 2021 tot externe onafhankelijke accountant, is de fysieke opname van diverse voorraden en inventaris per ultimo boekjaar 2018 niet bijgewoond. Hierdoor is er geen zekerheid betreffende het bestaan van de hierna opgenomen activa per ultimo boekjaar met betrekking tot de voorraad goud grenailles ter waarde van SRD 14.747.142, de voorraad industriegoud ter waarde van SRD 19.375.742, de kasgelden ter waarde van SRD 103.228.393, de kluisvoorraad bankbiljetten ter waarde van SRD 517.985.000 (off-balance post) en de voorraden herdenkingsmunten en gemunt goud ter waarde van SRD 19.956.102.
Pensioen
“De Bank heeft een pensioenregeling voor personeel en gewezen presidenten van de Bank. De pensioenregeling voor personeel is gebaseerd is op een eindloonregeling, waarbij jaarlijks op basis van actuariële uitgangspunten de hoogte van de pensioenvoorziening voor de Bank en de over het verleden en toekomstige jaren toe te rekenen pensioenkosten. Dit leidt vervolgens tot een aanvullende dotatie aan de voorziening van enig boekjaar indien blijkt dat de voorziening verhoogd dient te worden. Deze voorziening wordt met ingang van boekjaar 2015 jaarlijks actuarieel gecalculeerd op basis van actuariële uitgangspunten gebruikelijk voor het vormen van pensioenvoorzieningen. Echter, per ultimo 2018 is de aanvulling aan de pensioenvoorziening voor zowel gewezen presidenten van de Bank en voor het personeel niet actuarieel bepaald. Op basis van een schatting is een dotatie aan de pensioenvoorziening verantwoord in 2018 ter hoogte van SRD 11.911.279. Doordat de pensioenvoorzieningen per ultimo 2018 niet actuarieel zijn bepaald, is er geen zekerheid over de juistheid van de dotatie aan de pensioenvoorzieningen ten laste van het resultaat en de hoogte van de pensioenvoorzieningen per ultimo 2018.”