Suriname op de drempel van verbetering?
‘Ja toch?’, zegt de taxichauffeur, op zoek naar bevestiging van zijn eigen analyse. Hij brengt mijn vrouw en mij van vliegveld Zanderij naar Paramaribo. Onderweg bespreken we de ontwikkelingen in Suriname. Het zou allemaal beter gaan onder Chan Santokhi, maar de Surinamers merken dat nog niet in hun portemonnee. Het IMF komt in met leningen. De waarde van de Surinaamse dollar is gestabiliseerd en loopt de laatste dagen zelfs wat op. De consumentenprijzen zijn in een jaar tijd met ruim zestig procent gestegen, voor een groot deel doordat de overheid subsidies op elektriciteit en gasoline afbouwt. De elektranota van Energie Bedrijven Suriname is driemaal zo hoog geworden, maar dekt nog niet geheel de kosten van dit staatsbedrijf.
Het eerste deel van de rit over de nieuwe ‘highway’ gaat snel. De taxichauffeur verwacht dat we in het centrum van Paramaribo in verkeersdrukte belanden. Tijdens de rit observeren we de achteruitgang in het land. Het onderhoud laat te wensen over, het aantal bouwvallen neemt toe. De panden van de meeste grote bedrijven, casino’s en hotels staan er netjes bij. De wegen zijn slechter dan ik mij herinnerde. Het vraagt oplettendheid van de chauffeur om de gaten en kuilen in het wegdek te vermijden en tijdig te remmen voor verkeersdrempels, rumble strips en verzakkingen. Woningen en bedrijfspanden worden steeds meer voorzien van dievenijzers. Verkopers van scheermesprikkeldraad doen goede zaken. Erfafscheidingen worden van dit vlijmscherpe materiaal voorzien om inbraken te voorkomen. De bomen in de stad staan er troosteloos en overwoekerd door onkruid bij of zijn door Openbare Werken door grof zaagwerk tot zielige stompjes gereduceerd.
Veel Surinamers maken vroeg in de avond een autoritje naar het Onafhankelijkheidsplein om de fraaie kerstversiering te bewonderen. De Toyota’s rijden stapvoets langs de ‘kerstboom’ – een constructie van steigermateriaal, creatief gedecoreerd en verlicht – of staan even stil, zodat de inzittenden niets hoeven te missen. Het verkeer in het centrum van de stad loopt vast. Het navigatiesysteem van de uit Japan geïmporteerde tweedehandse auto’s vraagt zich vertwijfeld af waar het is beland, want de kaart van Suriname ontbreekt. Het systeem met Japanse leestekens is door Surinamers niet te bedienen. We arriveren met enige vertraging.
We hebben voor vertrek een huurauto gereserveerd bij een bekend autoverhuurbedrijf, en daarvan een bevestiging ontvangen. We melden ons op het afgesproken tijdstip en adres om de auto op te halen. Helaas is niemand aanwezig. Telefonisch bereiken we de betrokken medewerker. Hij zegt de reservering niet te kennen en direct naar ons toe te zullen komen. Na aankomst bevestigt hij nogmaals dat de reservering niet in zijn systeem staat. De auto van onze keuze is niet beschikbaar. Hij wil zijn best doen om een alternatief te vinden bij een van zijn collega’s. Teleurgesteld vanwege deze slechte service, maar ook vanwege de grote verkeersdrukte, zien wij hiervan af. Taxi’s in Suriname zijn niet duur en goed beschikbaar.
De auto is belangrijk in Suriname, bijna iedereen heeft er een. Lopen of fietsen is geen optie. Het is warm, het ontbreekt aan wandel- en fietspaden en het is in het drukke verkeer niet van gevaar ontbloot. De schaarse stoepen langs de straten in de stad zijn in slechte staat. Deze worden stuk gereden door de auto’s die erop parkeren en worden niet gerepareerd. Het openbaar vervoer is niet goed georganiseerd. Autorijden was relatief goedkoop omdat Suriname geen belasting op aanschaf of wegenbelasting kende. Gasoline werd zwaar gesubsidieerd. Inmiddels is rij- en voertuigenbelasting ingevoerd en wordt de subsidie afgebouwd. De Surinaamse automobilist betaalt nu ongeveer de helft van de benzineprijs in de meeste Europese landen. Door de kostenverhogingen gebruiken sommige automobilisten hun auto zolang het maandsalaris het toelaat, en nemen de bus wanneer het salaris bijna op is. De volgende maand kan weer worden getankt.
Aangekomen in het hotel testen we de internetverbinding. Het internet in Suriname is traag. Sneller internet is beschikbaar maar heeft een prijskaartje. Telesur is de monopolist voor bekabeld internet. De gemiddelde downloadsnelheid in Suriname is ongeveer 7 Mbit/s, in Nederland ruim 100 Mbit/s. Voor het voordeligste internetpakket met 10 Mbit/s downloadsnelheid vraagt Telesur volgens haar internetpagina omgerekend ruim euro 20 per maand. Dat is voor de meeste Surinamers al een heleboel geld. Het voordeligste pakket met 120 Mbit/s download- en uploadsnelheid kost maar liefst zo’n euro 700 per maand! Dit is volgens Telesur ‘speciaal voor de grote internet consumers: bedrijven, content creators, intensieve gamers en streamers!’
We maken een ommetje door het centrum. De speeltuin met dra-kenboot aan de Waterkant, die in 2016 is ingericht, is een dagver-blijf voor zwervers en een vuilstortplaats geworden. De speelwerktuigen zijn beschadigd en smerig. De Waterkant, een belangrijk onderdeel van het oude stadscentrum dat op de UNESCO Werelderfgoedlijst staat, is ernstig in verval geraakt. Ook enkele van de witte houten panden zijn nu voorzien van scheermes-prikkeldraad om te voorkomen dat zwervers daar hun slaapplaats inrichten.
We bezoeken de Hermitage Mall. Het is er rustig vanwege de coronamaatregelen. In de winkels is het heerlijk koel. Panden in Suriname zijn doorgaans niet voorzien van isolatieglas, maar dat wordt bij het gebruik van airco’s en de hoge elektrakosten zeer de moeite van het installeren waard. Er staan veel mensen in de rij om contant hun factuur van Energie Bedrijven Suriname of Telesur te betalen. In Suriname verkeert het giraal betalingsverkeer in een prematuur stadium. Wij proberen geld op te nemen bij een ATM. Het apparaat is buiten werking. Er staan lange rijen auto’s voor de drive-through fastfoodketens.
Suriname wil aantrekkelijk zijn voor toeristen en bezoek aan het land stimuleren. Daarvoor zal de horeca goede service moeten verlenen. In de betere hotels is de dienstverlening prima op orde, maar een bezoek aan restaurants loopt dikwijls uit op een teleurstelling. Niet alle gerechten op de menukaart zijn leverbaar. We moeten vaak lang wachten terwijl meerdere mensen in het restaurant met allerlei andere zaken bezig zijn. Soms wordt niet geserveerd wat we bestellen. De bediening is de flesopener kwijt of de ober bemoeit zich ongevraagd met een discussie die zich aan tafel ontspint. In een restaurant rookt de corpulente baas achter de balie een sigaret en wijst binnenkomende gasten erop dat zij een mondkapje moeten dragen.
We praten met vrienden en relaties over de ontwikkelingen in het bedrijfsleven en bij de banken. De Surinaamsche Bank rapporteert met haar jaarverslag over 2019 een groot verlies en een negatief eigen vermogen. De bank ruziet met de Centrale Bank van Suriname over het terugdraaien van de verkoop door de bank van een groot stuk grond aan de centrale bank. Aandeelhouders proberen in strijd met regels van goed ondernemingsbestuur eigen kandidaten voor de vacante positie van ceo door te drukken. Zelfs het Kabinet bemoeit zich met de benoeming. In Suriname is het niet ongebruikelijk dat posities worden ‘geregeld’ op basis van familiaire of andere relaties en eerder verleende wederdiensten.
Bij een andere bank wordt krampachtig gepoogd om klachten over seksueel grensoverschrijdend gedrag onder de pet te houden. De klagers zouden worden bedreigd of afgekocht met grote sommen geld. De centrale bank maakt kenbaar dat het gaat om een ‘systeembank’, alsof dat wat afdoet aan de rechtmatigheid van de klachten, en zou ook het liefst hebben dat de klagers er het zwijgen toe doen. Ook leden van de raad van commissarissen doen een duit in het zakje door de beschuldigde in bescherming te nemen. Het rapport dat bij justitie is ingediend over de aanklachten blijft volgens betrokkenen om onverklaarbare redenen lang liggen. De mannenwereld lijkt de klachten van vrouwen niet serieus te willen nemen.
De president en de vicepresident verplaatsen zich in een lange stoet van zwarte gepantserde en geblindeerde auto’s. Wanneer op de voorlaatste dag van het jaar een chauffeur in de colonne niet oplet en op zijn voorganger botst, leidt dat tot grote hilariteit van andere weggebruikers en omstanders. De belastingbetaler draait op voor de schade en de bevolking vraagt zich af waarom zo’n lange stoet van dure auto’s nodig is. De geruchtmakende zaak rond de mishandeling van de journalist Pinas door een knokploeg van de vicepresident gaat een nieuwe fase in, wanneer Pinas twee aan elkaar geplakte handgranaten op het erf van zijn woning aantreft. Men vermoedt dat er een verband is met zijn aanklacht tegen de vicepresident en zijn handlangers van het voormalige Junglecom-mando.
Rond de jaarwisseling boeken lokale mensen die het zich kunnen veroorloven, een kort verblijf in een hotel in het centrum, om van dichtbij te genieten van de feestelijkheden. Een marron aan een tafeltje vlak naast ons op het terras spreekt telefonisch luidt met zijn Nederlandse vriendin. Zij zegt FaceTime te gebruiken. Hij gebruikt geen beeldverbinding omdat zijn telefoon het niet goed zou doen. Hij liegt tegen haar dat hij op een balkon in Paramaribo-Zuid zit. De discussie gaat later over een meisje waarvan hij zegt de naam niet te weten en waarmee hij niet zou doen wat hij met zijn vriendin doet. We willen het niet horen, maar sluit je oren daar maar eens voor af.
In deze periode van het jaar wordt ondanks de coronamaatregelen veel gefeest. Het aantal besmettingen loopt razendsnel op. Een bekend lid van de ABOP, tevens directeur van het National Indoor Stadium, maakt het wel heel bont. Deze rapper, begin 2019 in Frankrijk veroordeeld voor cocaïnesmokkel, draagt graag kitscherig veel gouden sieraden en een kroon. Hij organiseert een groot feest in Moengo, voor ruim 2.000 mensen met 22 bands. Wanneer men daar schande van spreekt weigert hij zich te verontschuldigen, omdat hij niemand heeft vermoord, opgelicht of beroofd en de First Lady ook tot in de ochtenduren zou hebben gefeest. Hij vermoedt dat de blakaman wordt achtergesteld. Je kunt de blakaman maar beter niet boos maken, want dan kan hij een wisi laten zetten. Veel Surinamers zijn bijgelovig.
Het nieuwe jaar is ingeluid, het jaar van de waarheid voor de regering-Santokhi. Veel goede plannen worden overschaduwd door misstanden. Santokhi belooft ernaar te kijken, waarna je er niets meer over verneemt; de benoemingen van familie en vrienden, het mislukte diasporabeleid, de klucht rond New Surfin, het ontslag van minister Pokie, de kostbare deelname aan de World Expo 2020 in Dubai, de overeenkomst met HPSG, het wangedrag van de vicepresident en het feesten in coronatijd. De vicepresident, zijn partij en zijn entourage, zijn een blok aan het been van de regering. Deze mensen hebben veelal niet de beschaving en competenties om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van Suriname. Een kritisch parlementslid van de ABOP die niet naar de pijpen wil dansen van de vicepresident, probeert men de mond te snoeren.
We vertrekken van Zanderij. De luchthaven is opgeknapt. Ondanks de coronamaatregelen verloopt het inchecken snel en is de veiligheidscontrole efficiënt. De douanier is niet geïnteresseerd in het strookje papier dat we bij aankomst in Suriname zorgvuldig moesten bewaren voor het vertrek. Tijdens het wachten kijk ik terug op Suriname. Achter de façade van vriendelijkheid en onbezorgdheid, spelen duizend-en-één belangen. Complexe relaties, onduidelijke structuren, buitenvrouwen, gunsten en regelarijen, bepalen wie wat mag en wie niet. Enkele grote ondernemers hebben ten eigen bate aanmerkelijke invloed bij de banken. Wanneer een directielid van een bank moet opstappen vanwege het opnemen van een lening zonder de vereiste toestemming van de raad van commissarissen, houdt met dat liever geheim. Zo blijft er veel onder de pet en worden misstanden vergoelijkt. Ik hoop dat Suriname zich hier langzamerhand aan ontworstelt en een voorspoedig 2022 tegemoet kan zien.
Hans Moison