Tweedehandse autohandel zeer kwetsbaar voor witwassen

Uit de resultaten van het NRA-onderzoek, blijkt dat er nauwelijks inspecties door de FIU ter controle van de naleving van voornamelijk de meld- en registratieplicht van ongebruikelijke en verdachte transacties door autohandelaren plaatsvinden. “Voor wat betreft de strafrechtelijke sancties vanuit de FIU kan gesteld worden dat, hoewel er strafrechtelijke sancties als tools voor de handhaving beschikbaar zijn, de toezichthouder niet of onvoldoende controleert. Er is dus geen sprake van effectieve controle en handhaving op de naleving van AML/CFT gerelateerde activiteiten en de toepassing van strafrechtelijke sancties bij eventueel geconstateerde overtredingen. Voor de autohandelaren gelden geen bijzondere (AML) voorschriften voor het verkrijgen van een vergunning voor het uitvoeren van de bedrijfsactiviteiten, anders dan inschrijving in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel en fabrieken (KKF). De autohandel in Suriname is zeer kwetsbaar voor het witwassen van geld en voldoet niet aan de standaarden voor de naleving van de AML/CFT vereisten, vanwege het ontbreken van toegangscontroles bij de vergunningverlenende instanties zoals duidelijk geformuleerde controlesystemen conform de wet”, aldus de NRA. Volgens het onderzoek ontbreekt er een goed begrip van en waardering voor ML en TF risico’s binnen deze sector. Naar wij vernemen, gaat het in het bijzonder om de autohandelaren die tweedehandsvoertuigen verkopen, omdat zij merendeels transacties in contanten verrichten en minimaal via de bank. “De autohandelaren die nieuwe voertuigen verkopen, werken met bankovermakingen, financieringen en cliëntregistratiesystemen, die internationaal vereist zijn vanwege de grote automerken.

Geen participatie

Het National Risk Assesment (NRA) rapport werd op 1 maart officieel door de voorzitter van het Project Management Team (PMT), Jennifer van Dijk- Silos overhandigd aan de governor van de Centrale Bank van Suriname, Maurice Roemer.

Toen gaf Van Dijk- Silos aan, dat de handelaren in tweedehandse auto’s nooit hebben gereageerd op het verzoek om mee te doen aan het onderzoek van de NRA. De lijst die zij heeft gebruikt, kwam van FIU en de voorzitter is zelfs zover gegaan de eigenaren aan te schrijven, maar nooit hebben zij gereageerd. De Vereniging van Auto Importeurs (VAIS) heeft pas gereageerd toen iemand anders werd gevraagd om het belang van hun participatie duidelijk te maken en dat zij de status van ‘high risk’ krijgen als zij niet meewerken. Volgens Van Dijk- Silos, heeft zij slechts één vergadering met ze gehad, waarbij zij heeft uitgelegd, wat het belang is van de NRA. Zij konden meewerken aan de survey vragen door middel van een delegatie die zij zelf moesten vormen, zodat zij verder konden participeren voor minimaal één keer in de week en later vanwege covid, zelfs in een Zoom bijeenkomst. “Ik heb ze tijdens die ene eerste bijeenkomst uitgelegd, waarom ze internationaal worden gezien als een hoog risico, omdat de tweedehandse autohandel wordt gebruikt om drugsgeld wit te wassen en dat het mondiaal is. Ik heb alles uitgelegd en dat verhaal van drie keer per week vergaderen, dat hebben zij ervan gemaakt.  Wat hier gebeurd is, is vanwege hun weigering om te participeren”, aldus de voorzitter van PMT. Na afstemming met de OAS, heeft Van Dijk- Silos, de autohandelaren per brief geïnformeerd, wat de gevolgen zijn, dat zij als ‘high risk’ zullen worden betiteld en niemand heeft daarna nog gereageerd.

Hoge kwaliteitseisen

Uit de werkgroepsessies van de NRA dataverzamelingsfase blijkt naast het bedrijfseconomisch aspect, ook compliance met AML/CFT regels een rol te spelen. Dit vanwege de hoge kwaliteitseisen die de meestal gerenommeerde autofabrikanten aan de autohandelaren stellen in ruil voor de nationale of regionale vertegenwoordiging van het merk. Ook hebben de bedrijven op papier tenminste een goed beschreven klokkenluidersregeling, die bescherming biedt aan het personeel tegen de gevolgen van de rapportage van MOT meldingen of andere acties bij het voldoen aan AML/CFT verplichtingen. Echter blijkt het, gezien het feit dat er weinig aan zelf-signalering gedaan wordt, toch evident dat AML/CFT bewustzijn geen bedrijfscultuur is, maar opgedragen is door de wet en de buitenlandse autofabrikanten.

Gerenommeerde autofabrikanten

Uit de NRA-onderzoek is gebleken dat de bedrijven binnen deze sector wel AML/CFT taken hebben opgenomen in de dagelijkse taakomschrijving van de personeelsleden. Vanwege zakelijke banden met gerenommeerde autofabrikanten dienen de bedrijven en het personeel te voldoen aan bepaalde standaarden waarbij kennis en bewustzijn van AML/CFT een cruciaal onderdeel is. Verder is naar voren gekomen dat de autohandelaren beschikken over compliance functies gebaseerd op AML/CFT ‘risk based approach’ en dat er gedegen invulling gegeven is aan die functies binnen de bedrijven. Echter wordt er, waarschijnlijk vanwege bedrijfseconomisch oogpunt, niet veel gedaan aan de strikte toepassing. Bij de autohandelaren worden de uiteindelijke eigenaren/begunstigden niet geregistreerd voor zover de handels-/bedrijfswetgeving dat niet vereist.

Betrouwbare informatiebronnen

Deze sector heeft geen adequate identificatie-infrastructuur en geen betrouwbare informatie databank beschikbaar of een AML/CFT identificatie-infrastructuur waarvan gebruik gemaakt kan worden voor het doen van onderzoek en monitoring. De sector maakt ook geen gebruik van geavanceerde ICT-systemen.

De controle strekt zich niet verder uit dan KYC. Er is geen rapportage en monitoring van verdachte activiteiten bij deze sector in Suriname. Uit de rapportage van de bedrijven blijkt dat zij geen melding en registratie doen van verdachte activiteiten. Onafhankelijke en betrouwbare informatiebronnen zijn in deze sector wel aanwezig bij de individuele bedrijven maar geen uitgebreide, gestructureerde of geïntegreerde en betrouwbare historische informatie van transacties en klanten. Er bestaan geen samenwerkings-, vak- of beroepsorganisaties binnen de sector

More
articles