Michi overweegt de helft van haar personeel af te vloeien vanwege financiële problemen. De wereldmarktprijs van melkpoeder is gestegen en de unificatie van de wisselkoers heeft alle kosten omhoog getrokken. Het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), heeft onlangs de prijs voor 1 liter melk in plastiek verpakking gesteld op SRD 12,50. Deze prijs is volgens Michi, niet markconform. Het bedrijf trekt aan de bel en wil op een eerlijke manier beconcurreerd worden. Anoeska Sahebdin, directeur van Michi, zei gisteren in het tv-programma To the Point, dat het bedrijf vorig jaar toen het de prijs van melkpoeder zag stijgen, meerdere malen aan de bel heeft getrokken bij het ministerie van LVV.
Volgens de directeur, hebben zij geen reactie gekregen op het schrijven. In april 2020 vernamen zij via een nieuwssite, dat de prijs van 1 liter melk die in 2017 op SRD 8,50 was gesteld, behouden zou worden, terwijl de melkboeren juist SRD 0,75 cent extra kregen op de verkoop van rauwe melk aan de Melkcentrale.
Sahebdin noemde dat een kwalijke zaak, omdat met hen als belangrijk onderdeel in de melkkolom, niet gesproken is, terwijl zij al sinds februari 2020 aandacht vragen om te komen tot een marktconforme prijs.
Glenn Chin A Foeng, eigenaar/oprichter van Michi, legde uit dat de Melkcentrale bij wet in 1961 is opgericht, speciaal om alle melk van de boeren af te nemen. De boer mocht zijn melk dus alleen naar de Melkcentrale brengen, een bedrijf met een melkverwerkingsvergunning of zelf de melkverwerkingsvergunning aanvragen.
Sahebdin gaf aan dat zij van de toenmalige minister van LVV, Rabin Parmessar, gehoord hebben dat Michi niet is uitgenodigd, omdat het bedrijf geen rauwe melk verwerkt. De directeur legde uit dat Michi 11 jaar lang melk van de boer heeft afgenomen, totdat de vergunning in 2008 is ingetrokken. Over de mogelijkheid om de vergunning opnieuw te krijgen en rauwe melk af te nemen om zo de prijs van melk laag te houden, zei Chin A Foeng, dat dat niet de oplossing is. Er wordt volgens hem niet voldoende melk geproduceerd door de melkboeren. “Zelfs de Melkcentrale heeft niet voldoende melk voor de lokale productie om in de productie te kunnen voorzien. De melkcentrale gebruikte in 2017 voor 40 procent lokale melk en 60 procent geïmporteerde melkpoeder. Er wordt regelmatig met de vinger gewezen dat Michi melkpoeder gebruikt, maar men vergeet dat de Melkcentrale nog altijd voor 60 procent, mogelijk nu voor een hoger percentage, met melkpoeder werkt. Dus gebruikmaken van lokale melk dat ten koste gaat van de portie die de Melkcentrale binnenkrijgt, zal dus niet een oplossing zijn”, stelde Chin A Foeng.
Ook is hij van mening dat de boer subsidiëren, niet de oplossing is. “Boeren zijn bedrijven en die moeten bedrijfsmatig gerund worden, maar ze zijn 60 jaar lang achter de prijzen aangehold.” Volgens Chin A Foeng moet het ministerie voorwaarden verbinden aan het verhogen van de prijzen, zodat de boeren gemotiveerd worden om beter voor hun runderen te zorgen, zodat die meer gaan produceren. Michi wil daarnaast ook geen subsidie van de overheid. “We willen geen subsidie. We zijn capabel genoeg om onder normale omstandigheden het bedrijf rendabel te maken. We wensen wel een reëel beleid van beleidsmakers. Wanneer de unificatiekoers door de regeerders wordt vastgesteld, is het duidelijk dat alles omhoog gaat, ook melk. Regeerders moeten beseffen dat maatregelen consequenties hebben. Die moeten ze niet proberen weg te werken door te zeggen dat de prijs laag gehouden wordt, zoals nu wordt gedaan door een prijs van SRD 12.50 vast te stellen”, zei Chin A Foeng.
Volgens hem leert de historie dat zolang de prijzen van Melkcentrale en Michi voor de 1 liter melk in een plastiek zak gelijk zijn, Michi geen last heeft van terugval in omzet. Sahebdin zei dat het bedrijf niet staat te springen om mensen naar huis te sturen of om de prijs te verhogen zodat de onderlaag het moeilijker krijgt, maar dat zij streven naar eerlijke concurrentie. “We willen op een eerlijke manier geconcurreerd worden, want als Michi al 37 jaar altijd betrokken was bij de totstandkoming van de prijs tot 2017, waarom vanaf 2020 dan niet. We willen niet beconcurreerd worden op basis van een prijstechnisch voordeel dat men heeft bij MCP. Bij eerlijke concurrentie gaat de consument zelf kiezen welk product hij wil, maar we moeten niet maken dat de economische situatie die ook debet is aan het probleem mensen gaan dwingen om voor minder te kiezen. Laat er een marktconforme prijs zijn waar mensen kiezen op basis van kwaliteit en service”, aldus Sahebdin.