De COVID-19 crisis treft een ieder, ook grote bedrijven zoals Staatsolie, zijn getroffen. De directeur van Staatsolie Rudolf Elias, benadrukte gisteren in het programma To The Point, dat ook Staatsolie onder de gevolgen van de coronapandemie lijdt. Volgens Elias heeft de covid-crisis de olieprijs tot een historisch laag peil gebracht. “We hebben zelf in mei een negatieve olieprijs gehad. Het was zo dat er zoveel olie in de wereld geproduceerd werd, maar men kon het niet kwijt. Dat heeft Staatsolie ook gevoeld”, zei Elias. Volgens hem zullen de inkomsten uit de olievondsten voor de hele staat zijn. Wat Staatolie volgens Elias sterker heeft gemaakt, is dat het een gediversifieerd oliebedrijf is. Elias zegt, dat het bedrijf helemaal klaar is voor de olievondsten.
“We zijn nu heel druk bezig met groot team, om te kijken wat er echt zit en hoeveel olie er precies zit. Ook zijn we bezig na te gaan hoe we de olie gaan produceren, dit doen we samen met Total en Apache. In dat offshore gedeelte hebben we het enorm druk”, aldus Elias. De grootverdiener van de olie-inkomsten is volgens Elias, de staat Suriname. “Zeventig procent van de profit die gemaakt wordt door maatschappijen van die olie, gaat naar de staat.
Slechts 6 procent gaat naar Staatsolie en 24 procent naar Total en Apache.” Elias zegt, dat het nog een poosje kan duren alvorens Suriname met volle teugen van de inkomsten kan genieten. Verder stelt Elias voor, dat de overheid samen met het bedrijfsleven, de Associatie van Surinaamse Fabrikanten (ASFA) en de vakbonden, een brede maatschappelijke discussie moet starten, waarbij er goed wordt overleg hoe de inkomsten geïnvesteerd zullen worden.
De minister van Buitenlandse Zaken, Internationale Business en Internationale Samenwerking, Albert Ramdin, is het eens met Elias. Ook hij zegt dat Suriname klaar moet zijn om correct om te gaan met zoveel inkomsten. “Het gaat om veel geld en de toekomst van Suriname. Het eerste wat we moeten vasthouden heeft te maken met politici en de politiek. We moeten met zijn allen beseffen, dat de opbrengsten uit de olievondsten niet van politici of van een regering zijn, echter van het volk. Indien je dat weet en beseft, dan moet er nu iets gecreëerd worden dat welvaart en stabilisatie brengt”, aldus Ramdin.
ASFA-voorzitter Wilgo Bilkerdijk, zegt dat ook de ASFA zich aan het voorbereiden is voor de investeringen uit de olievondsten. Volgens Bilkerdijk heeft de ASFA zich ondertussen ontwikkeld tot een maatschappelijke organisatie. “Wij gaan er hard voor om onze support te geven. Intussen zijn we ook mensen aan het trainen en bijscholen. Het is ook niet zo, dat de olievondsten de ASFA heeft wakker geschud”, zegt Bilkerdijk.
