De afgelopen dagen is er commotie in de samenleving ontstaan over de op de valreep uitgegeven gronduitgiften in het beschermde gebied ‘Cultuurtuin’. Behalve grond, heeft de regering Bouterse, vlak voordat zij de macht overdroeg aan de regering Santokhi, ook concessies uitgegeven. De voorzitter van de Algemene Belangenorganisatie Suriname (Abos) tevens lid van Strei!, Martin Attencio, zei gisteren in het programma In de Branding, dat hij deze ‘‘last minute uitgiften’’ afkeurt.
Attencio zei dat hij van welingelichte bronnen heeft vernomen, dat ook in het district Sipaliwini met name Jaikreek, concessies voor de houtsector zijn uitgegeven. De gewezen vicepresident Ashwin Adhin, zou ook in aanmerking zijn gekomen voor gronden voor zijn bedrijf Woodgain N.V. “Deze handelingen zijn in strijd met de wet. In artikel 386 van het Wetboek van Strafrecht staat: ‘Hij die met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen, hetzij door het aannemen van een valse naam of van valse hoedanigheid, hetzij door listige kunstgrepen, hetzij door een samenweefsel van verdichtsels, iemand beweegt tot afgifte van enig goed of tot het aangaan van een schuld of het tenietdoen van een schuld, wordt als schuldig aan oplichting, gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren”, aldus Attencio.
Hij is van mening dat degenen die hierachter zitten, strafrechtelijk vervolgd moeten worden, gezien zij de wet hebben overtreden. “Dit kan niet door de beugel. Binnen twee weken zijn er aantekeningen gedaan voor gronduitgiften, dit heeft onze wenkbrauwen doen fronzen. Qua gronduitgiften heb ik altijd hard aan de bel getrokken dat dit niet kan. Het is duidelijk dat het hier om vriendjespolitiek gaat, want het zijn klinkende namen die in aanmerking zijn gekomen”, zei Attencio.
Volgens Attencio is het conform de procedure van grondaanvragen, niet de minister van Binnenlandse Zaken alleen die het voor elkaar heeft gekregen, dat het proces versneld is. “Dit proces duurt minimaal drie tot zes maanden, om in aanmerking te komen. Ik vraag mezelf dan af hoe de districtscommissaris en grondinspectie advies hebben gegeven, dat het binnen twee weken is gebeurd. Wie houdt wie voor de gek?”, aldus Attencio.
Inmiddels heeft Adhin gezegd, dat zijn naam ten onterechte is genoemd en dat hij geen enkele betrokkenheid of aandeel in welke vorm dan ook zou hebben in een houtbedrijf. “De naam Ashwin Adhin wordt hier ten onrechte in verband gebracht met de uitgifte van een houtconcessie en of aandeel in een houtbedrijf. Dat is ook niet mogelijk als viceprecident”, aldus Adhin op zijn Facebook-pagina.