Gillmore Hoefdraad minister van Financiën heeft de governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS), Maurice Roemer per brief ingelicht, dat zij in het kader van de Wet Uitzonderingstoestand ten behoeve van het “noodfonds”, het percentage van de SRD kasreserve wil verlagen van 35% naar 15%. Hierbij wil de regering 20 %, ongeveer SRD 1.5 miljard van de reserve base, dat momenteel een bedrag bedraagt van SRD 7.5 miljard. De Staat heeft de CBvS gevraagd dit geld, dat behoort tot een deel van de SRD kasreserves, zogenaamd te “beleggen” bij de regering voor het “noodfonds”. Hierdoor zou Roemer het kasreserve percentage omlaag moeten brengen, waardoor er geld (SRD 1.5.miljard) vrijkomt. De vrijgekomen kasreserve van 20%, wordt dus door de banken op papier geleend aan de regering tegen een rente van 3%. De Staatsbank die wordt ingezet voor deze transactie, is de SPSB, onder leiding van Ginmardo Kromosoeto. Naar wij vernemen hebben de commerciële banken geweigerd hieraan mee te werken, omdat de regering niet eens in staat is te voldoen aan de verschuldigde bedragen van het schatkistpapier. Onze bron zegt met klem, dat de kasreserve nog steeds het geld is van burgers, en als dit wordt doorgedrukt, zal er voor een tweede keer geld van burgers worden gestolen. De regering verschuilt zich momenteel achter de Wet Uitzonderingstoestand en verwerpt de Bankwet met deze handelingen. Als dit gebeurt kan de regering de volledige SRD 400, – miljoen van het “Noodfonds”, gebruiken voor budgettaire doeleinden.
Onze bron zegt tot slot, dat de regering de CBvS dwingt, om hiermee akkoord te gaan en als de moederbank akkoord gaat met dit dwangmiddel heeft de regering SRD 1.5 miljard en het geld van het “Noodfonds” SRD 400,- miljoen tot haar beschikking, dat dan bij de SPSB een bank die nadrukkelijk reeds in opspraak is gewest terecht komt.