Minister Gillmore Hoefdraad van Financiën, geeft in de media aan, dat er een bedrag van 2.5 miljoen euro in negen maanden tijd is overgemaakt aan het Belgische bedrijf Clairfield, voor diensten die uitgevoerd zijn. Inmiddels is het onderzoek gaande en heeft Hans Buysse, Managing Partner van Clairfield Belgium N.V., tegenover de Belgische De Standaard, bevestigd, dat de bedragen die zijn overgemaakt door de Centrale Bank van Suriname (CBvS), voor geleverde diensten zijn.
Volgens Buysse hebben alle contracten en het betalingsverkeer volgens de regels van goed beheer/corporate governance, plaatsgevonden. “Het gaat om lopende contracten die betrekking hebben op waarderingen van assets, oprichten en organiseren van een participatiemaatschappij naar Europees model met Europese governance en controles, projectfinanciering en een hervorming van de Centrale Bank naar Europees model”, zegt Buysse. Tegenover de media ontkent minister Hoefdraad ten stelligste dat hij op de hoogte was van deze wurgcontracten en astronomische bedragen. Hij zegt verder, dat hij wel kennis had van de relatie tussen het Belgische bedrijf en de CBvS, maar geen inzage heeft gehad in het contract.
Hoefdraad benadrukt tegenover de media, dat hij nooit een volmacht aan governor Robert Van Trikt noch Hans Buysse heeft gegeven om namens de staat te handelen. VHP-parlementariër Asiskoemar Gajadien, stelt in een gesprek met de krant voor dat er een strafrechtelijk onderzoek gedaan moet worden als Hoefdraad nooit een volmacht heeft gegeven. Volgens hem speelt er meer tussen de ex-govenor en minister Hoefdraad.
Op de vraag of er contact was met minister Hoefdraad, antwoordt Buysse aan de Belgische krant: “Onze contractpartij is de Centrale Bank van Suriname, maar het spreekt voor zich dat de regering en in het bijzonder de minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, een belangrijke stakeholder is, en aldus betrokken is bij onze werkzaamheden. Zo zijn er inderdaad diverse meetings geweest in aanwezigheid van de heer Hoefdraad. Tussentijdse rapporten van onze opdracht werden ook naar hem gestuurd en hij heeft hierover zijn geschreven tevredenheid geuit.” Daarom trekt Gajadien de conclusie, dat er meer achter de schermen speelt dan er gepubliceerd wordt.