Niet alle boothouders die de route Commewijne – Paramaribo onderhouden, wilden met een NDP-vlag te varen. Volgens een bestuurslid van de boothoudersbond, Kishan, werd op woensdag 22 januari aan hen het verzoek gedaan om met een NDP- en een Surinaamse vlag te varen. Boothouders die hiertoe bereid waren, kregen SRD 250 betaald en de opdracht om de mensen gratis te vervoeren van 06.00 uur in de ochtend tot 12.00 uur in de middag.
“Wij vinden het niet erg om met een Surinaamse vlag te varen, maar weigeren om een NDP-vlag aan onze boot te zetten”, zei Kishan. Hij zei dat een deel van de boothouders de opdracht wel heeft uitgevoerd, maar de meesten waren er tegen. Volgens hem werden zij die niet voorzien waren van een NDP, beconcurreerd, omdat de mensen gebruik maakten van de gratis boten. “Dit is helemaal verkeerd, deze groep wordt dan op een wrede manier beconcurreerd”, zegt PL- parlementariër Ingrid Karta-Bink tegenover de krant.
Karta-Bink zegt dat het logisch is dat de mensen gebruik hebben gemaakt van de gratis boten. Volgens haar had de organisatie boten moeten inhuren om de mensen die de president kwamen ondersteunen, te vervoeren. “Er zijn ongeveer 34 boothouders. Die inkomsten zijn van gezinnen, dan haal je zoiets toch niet uit?”, zegt zij. Zij geeft ook aan dat de organisatie dit van tevoren had moeten doorgeven aan de boothouders. “En dat de boten vijf uren lang gratis hebben gevaren, is ook veel te lang. De rest heeft dan vijf uren lang geen geld verdiend voor die dag”, aldus Karta-Bink
Een van de boothouders, J. Raghoebar, zegt tegenover de krant dat zij vanaf het begin dat Ann Sadi voorzitter werd van de Belangen Organisatie Veerboten Commewijne (BOVC), hebben doorgegeven dat zij niet politiek bezig zijn. “Maar toch blijft Ann Sadi doordrukken”, zegt hij.