Onderwijs moet eerste prioriteit regering worden

Er wordt al heel lang gesproken over ons onderwijs en het vernieuwen daarvan. Wilgo Valies, voormalig voorzitter van de lerarenbonden, staat helemaal hierachter en zegt in gesprek met De West, dat onderwijs het eerste prioriteitsgebied van de regering moet worden als we dit land willen ontwikkelen. Valies geeft aan dat in de afgelopen twintig jaar, nauwelijks is geïnvesteerd in onderwijs, waardoor het niveau en de motivatie van de leerlingen en leerkrachten eraan zijn gegaan. “Men bleef zeggen dat er geen geld is, terwijl onderwijs bepalend is voor de ontwikkeling van een land.”
Valies zegt dat de NPS na het krijgen van regeermacht, een andere benadering zal kiezen voor onderwijs door het een centrale plaats te geven. “Het is belangrijk dat we te doen hebben met geschoold kader en daarvoor is goed onderwijs doorslaggevend. Goed onderwijs zal ook ervoor zorgen dat de waarden en normen die verloren zijn, terugkomen”, stelt Valies. Het onderwijs moet grondig aangepakt worden. Daarvoor moet er gedegen onderzoek gedaan worden gevolgd door een plan van aanpak dat moet leiden tot de ontwikkeling van het onderwijs.
Valies kijkt hierbij naar de benadering van landen als Maleisië en Singapore die in een moeilijke periode, in onderwijs hebben geïnvesteerd en nu in hun regio een leidende rol vervullen.
Valies is voorstander van de afschaffing van de toets voor leerlingen van de lagere school (GLO-toets). De toets is volgens Valies een momentopname die aan de hand van de correcties, de toekomst van de leerling bepaalt, maar als dit afgeschaft wordt, zal het zorgen voor een vlotte doorstroom van de leerlingen. Dit moet wel op advies van de school gebeuren. Valies legt uit dat de school jaren bezig is gewest met het kind en daarom beter weet welke potentie het kind heeft. Met het afschaffen van de toets, wordt aan alle leerlingen een eerlijke kans gegeven. Hierdoor zullen er ook minder uitvallers zijn.
Er moet daarnaast ook gewerkt worden aan goede leermiddelen, terwijl de leerlingen vanaf de lagere school met ICT moeten leren werken. Verder moet er gewerkt worden extra begeleiding voor leraren en kinderen in kansarme buurten en aan goede en betaalbare studiefinanciering, zodat alle schoolgaanden gelijke kansen krijgen. Valies geeft ten slotte aan, dat er gewerkt moet worden aan de grootte van de klas. Er moet volgens gegaan worden naar het maximale aantal van twintig leerlingen per klas, zodat de leerkracht alle aandacht kan geven aan de leerlingen.

door Priscilla Kia

More
articles