ONBEVREDIGD RECHTSGEVOEL

Dit gevoel van onvolledige satisfactie bij het rechtsgevoel en met betrekking tot  de bestrijding van grootschalige en zeer aanstootgevende vormen van corruptie en benadeling van de algehele samenleving, bekroop niet een gering aantal personen de afgelopen week, bij het vernemen van de voorwaardelijke straffen en boetes van de tienduizenden SRD’s die waren voorgesteld door het Openbaar Ministerie tegen twee ex-directeuren van de EBS. Tegen de twee ex- directeuren Willy Duiker en Kenneth Vaseur die bij de grootschalige fraudezaak binnen de Energie Bedrijven Suriname, EBS betrokken waren, werden door de officier van justitie, voorwaardelijke straffen en geldboetes geëist. Voor Duiker werd door de officier van justitie een straf van 2 jaar voorwaardelijk en een geldboete van SRD 50.000 geëist en voor Vaseur 12 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf en een geldboete van SRD 30.000. Tegen de verdachte Max Chin Tsoe Liong, werd 3 maanden voorwaardelijk en tegen Quincy Fernandes, 2 maanden voorwaardelijk geëist. Tegen alle voormelde verdachten eiste de officier van justitie een proeftijd van 3 jaar. Indien de rechter meegaat met de eisen van het Openbaar Ministerie, betekent het dat de verdachten niet in detentie zullen hoeven te verkeren. Tegen de ondernemer Dick van Kanten, die als het grootste kwaad in dit mega-corruptieschandaal moet worden gezien, werd een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaar geëist en een geldboete van SRD 150.000. Van Kanen vluchtte het land uit om strafvervolging te ontkomen. Naar de mening van velen, is door een ingesteld CLAD-onderzoek bewezen, dat op enorme schaal de EBS en natuurlijk de gemeenschap, is benandeeld en worden er meerdere namen in dit schandaal genoemd. Echter zijn niet alle personen die betrokken zouden zijn geweest bij de benadeling van het parastatale bedrijf, strafrechtelijk vervolgd. Uit het gehele onderzoek van de CLAD is naar voren gekomen, dat de EBS voor ruim 6 miljoen euro, betalingen heeft gedaan voor de aanschaf van onder meer machines, die nimmer werden geleverd. Dat geld is zeker achterover gedrukt en daar moeten de leidinggevenden binnen het bedrijf meer vanaf hebben geweten. Waar het thans om gaat, is dat binnen deze gemeenschap wel degelijk de indruk is ontstaan dat vooral door deze EBS-zaak, in Suriname klassenjustitie opgeld doet en dat bepaalde mensen, gezien hun maatschappelijke positie, straffeloos kunnen blijven. Door de strafeisen, gesteld door het Openbaar Ministerie in deze zaak, zou die indruk nu zelfs verhevigd zijn. Natuurlijk is het zo dat de rechter bij het wijzen van vonnis, niet hoeft mee te gaan met de voorstellen van de vervolging en toch nog onvoorwaardelijke vonnissen uitspreekt. Wel is het nu zo, dat de reacties van verontwaardiging over de voorwaardelijke straftoebedeling op sociale media niet eenvoudig of gering zijn, nu  bekend is hoe de vervolging de zaak ziet en inschat. Men demonstreert bij de reacties een ernstig onbevredigd rechtsgevoel, omdat het volgens de reacties, maar al te vaak in vonnissen tot uiting komt dat wetsovertreders voor minder ernstige delicten tegen zware onvoorwaardelijke strafeisen en vonnissen aankijken en lieden zoals bij het voormelde EBS-corruptieschandaal, misschien zelfs wegkomen met voorwaardelijke straffen en geldboetes. Velen zijn dan ook van mening, dat wil men de corruptie en vooral die gepleegd is op het hoogste niveau en grote financiële schade van de gemeenschap tot gevolg heeft, effectief bestrijden, dan moeten er ook in de hoogste regionen koppen rollen en schuldig bevonden verdachten langdurig achter de tralies verdwijnen. Het mag namelijk volgens velen niet zo zijn, dat grote dieven worden ‘omhangen’ met onderscheidingen van ‘Palm’ en ‘Ster’ en kleine dieven worden ‘opgehangen’, want zoals de zaak er nu schijnbaar voor staat, is dat wel degelijk het geval. Als we niet bereid zijn of bij machte de corruptie met wortel en tak uit te roeien, ziet het er voor Suriname in de toekomst zeer duister uit.

More
articles