Ruim een week geleden maakte dit medium al bekend, dat governor Glenn Gersie zijn functie beschikbaar zou moeten stellen. Wij beschikten toen reeds over genoeg betrouwbare informatie, waardoor wij dit verhaal uitgebreid konden publiceren, ofschoon die ene statisticus op Financiën toen had gezegd dat de geruchten ‘’onzin’’ waren en de minister van Arbeid vond het daarna nodig om te zeggen dat de geruchten als “gossip” kunnen worden gezien, bleek onze informatie juist. Sinds dinsdag jongstleden heeft het Nationaal Informatie Instituut, NII, de “geruchten” bevestigd. Het bericht luidde als volgt: De president van de Republiek Suriname Z.E. Desiré Delano Bouterse heeft op 12 februari 2019, in aanwezigheid van de minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, een onderhoud gehad met de governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS), Glenn Gersie. Tijdens dit gesprek is er gesproken over het functioneren van de laatstgenoemde monetaire autoriteit. Het onderhoud tussen de president en de governor van de bank heeft geresulteerd in het terugtreden van Gersie als governor van de CBvS. Het staatshoofd bedankte Gersie voor zijn bijdrage aan de CBvS in het bijzonder en aan de Republiek Suriname in het algemeen. Op instructie van president Bouterse zal minister Hoefdraad zaken met Gersie afhandelen. And just like that, had Glenn Gersie zijn functie beschikbaar gesteld. Het ontslag van de governor is toen als een donderslag bij heldere hemel aangekomen bij het personeel en de bond van de moederbank. Maar volgens onze bronnen heeft het ontslag alles te maken met het opzeggen van het Memorandum of Understanding, MoU, door de regering aangenomen, dat monetaire financiering van het overheidstekort onmogelijk maakte. Gersie heeft zich namelijk vanaf zijn aantreden altijd tegen de monetaire financiering van overheidstekorten gekeerd en was dus nu ook niet bereid aan hernieuwde geldschepping te doen. Voorts wilde Gersie als hoofdverantwoordelijke op de Centrale Bank, ook niet meewerken aan de versoepeling van het monetaire beleid waarbij de regering eiste dat de kasreserve omlaag moest worden gebracht, waardoor er meer kredietfaciliteiten bij de banken zouden worden gecreëerd. Dus de regering hoeft niet de doen alsof haar neus bloedt wanneer er enorme vraagtekens zijn ontstaan bij het vertrek van Gersie. Zij verschuilt zich achter bepaalde uitspraken via het NII door te zeggen dat: Het benoemen en ontslaan van de governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) een aangelegenheid van de regering en het voorrecht van de president van de Republiek Suriname. Maar op grond waarvan is Gersie ontslagen? Deed hij zijn werk niet naar behoren of heeft hij een strafbaar feit gepleegd? Een ieder vraagt zich af waarom een goed functionerende governor ineens vervangen moest worden, want als we kijken naar de stabiele wisselkoers en de lage inflatie, dan heeft hij wel degelijk zijn werk goed verricht. Dus als de regering vervolgens zegt: Uit egards voor het instituut van de governor van de CBvS wensen wij niet in de finesses te treden over de beëindigde samenwerking, dan willen wij de conclusie trekken dat deze uitspraak erop lijkt dat Gersie niet integer was in zijn functie als governor. Zover wij weten is Gersie goed op de hoogte van de Bankwet en zou daarom nooit handelingen plegen die omstreden zijn. Gersie heeft in de afgelopen drie jaar bewezen dat hij zijn taak als governor goed wist te vervullen. Volgens Jim Bousaid, ex-directeur van de Hakrinbank, is het wereldwijd zeldzaam dat een governor van een Centrale Bank wordt ontslagen. Voor een ontslag moeten er zwaarwichtige redenen zijn. De functie van governor wordt internationaal beschermd, want men wil de stabiliteit van de nationale munt waarborgen. Tot nog toe heeft de regering geen zwaarwichtige reden kunnen verstrekken waarom Gersie het veld moest ruimen.