Op 24 december 2018 heeft de politieke partij Strei! een brief ontvangen die ondertekend is door de procureur-generaal (PG) R.P. Baidjnath Panday. Hierin stelt de PG dat ‘‘vooralsnog niet is gebleken’’ dat de obligoplafonds zijn overschreden. Als reden hiervoor geeft de PG aan, dat na politioneel onderzoek en advies van monetair econoom drs. A. Caram – onder andere adviseur van de Centrale Bank van Suriname – en de bijstand van J. van Tewarie, zou zijn gebleken dat er niet is gehandeld in strijd met de wet betreffende het leningenplafond. Deze conclusie is onder meer vreemd, omdat zonder bijbehorende onderbouwing of argumentering, geen conclusies getrokken kunnen worden.
De politieke partij Strei! heeft indertijd een keurige strafklacht ingediend waarin alles tot in de puntjes is uitgelegd en becijferd. De P.G. schijnt het jammer genoeg niet nodig te achten om de berekeningen van Strei! te weerleggen met andere berekeningen of tegenargumenten. Nergens wordt namelijk cijfermatig onderbouwd waarom NIET is gebleken dat de obligoplafonds zijn overschreden. Van de PG en zijn financieel deskundigen mag minstens verwacht worden dat de zaak op grond van argumenten wordt beoordeeld. Zo had de PG de argumentatie van de heren A. Caram en S. van Tewarie kunnen vrijgeven bij het afwijzen van de strafklacht. Waarom blijft men zo geheimzinnig doen over de cijfers van 2016?
De heer Anthony Caram is een gerespecteerd monetair econoom die diverse hoge functies in de Surinaamse samenleving bekleedt. Zo kreeg hij de eer bijvoorbeeld om eind 2017 het openingscollege voor de masteropleiding Research Methods op het IGSR te verzorgen. Ook in het buitenland heeft hij zijn sporen ruimschoots verdiend. Dhr. S. van Tewarie heeft ook de capaciteit om een deskundig oordeel te vellen over deze zaak. Het lijkt daarom onwaarschijnlijk dat deze deskundigen hun naam aan een oordeel verbinden, zonder enige onderbouwing of gefundeerde conclusie te verstrekken. Het zou daarom voor de discussie, maar ook voor de rechtsstaat, goed zijn als hun onderbouwde oordeel wordt gepubliceerd. Op het overschrijden van de obligoplafonds staat een gevangenisstraf van maximaal 10 jaar. Van overheidsfunctionarissen en politici mogen wij eisen dat ze zich aan de wet houden. Ook om die redenen is het wijs om de volledige onderbouwing prijs te geven.
Het (laten) onderzoeken van mogelijke strafbare feiten behoort tot de taak van de PG. De PG heeft dus een belangrijke functie bij het helpen beschermen van de samenleving. Tot nu toe is dat gedeelte van de rechtsstaat redelijk overeind gebleven. De PG en de president hebben momenteel niet een al te warme relatie. De ontslagbrief en de recente uitspraken van de president met betrekking tot artikel 148, liggen ons nog vers in het geheugen. Tegen deze achtergrond bekeken, zou het kunnen zijn dat de PG misschien niet nog meer olie op het vuur wilde gooien. Daar valt wat voor te zeggen. Aan de andere kant is de wet de wet en hoort die consequent toegepast te worden. Als dat niet gebeurt, zal de rechtsstaat in gevaar komen en het vertrouwen van de burger in de democratie en de rechtspraak ondermijnd worden. We kunnen dus niet nonchalant omgaan met zulke belangrijke thema’s die het landsbelang betreffen.
Het Surinaamse volk heeft recht om te weten waarom het obligoplafond volgens het onderzoek niet is overtreden. Daarom wordt bij deze een beroep op de PG gedaan om de onderbouwingen alsnog vrij te geven. Bij deze wordt ook de Surinaamse journalistiek – als geweten van de natie – opgeroepen om door middel van inhoudelijke interviews met deze heren, duidelijkheid te verschaffen aan de samenleving.
Hoe gaat het verder?
De politieke partij Strei! heeft besloten om op grond van artikel 4 van het Wetboek van Strafvordering, een klaagschrift in te dienen bij het Hof van Justitie, omdat uit het antwoord van de PG onvoldoende gemotiveerd is gebleken, dat de obligoplafonds niet zijn overschreden. Daarnaast is op grond van deze beslissing van de PG ook een verzoek bij de rechter geplaatst om een bevel uit te vaardigen om de PG te dwingen alsnog een behoorlijk onderbouwd verslag te doen van het onderzoek. Mocht uit de cijfers blijken dat het obligoplafond is overschreden, zal alsnog tot strafrechtelijke vervolging moeten worden overgegaan.
Ingezonden
Peter M. Wolff