De misverstanden rond het Economic Partner-ship Agreement (EPA-verdrag) zijn volgens Ste-ven McAndrew, directeur van de Vereniging Su-rinaams Bedrijfsleven (VSB), met het Post-Co-tonou Seminar ontkracht. Het seminar werd af-gelopen woensdag gehouden op het ministerie van Buitenlandse Zaken. McAndrew zegt in ge-sprek met De West, dat Percival Marie, directeur-generaal van het Cariforum Directoraat, duidelijk heeft uitgelegd dat Cariforum-lidlanden de Europese Unie (EU) niet hoeven te consulteren bij het aangaan van handelsovereenkomsten met landen buiten de EU. McAndrew benadrukt dat hiermee de misvattingen over de EPA zijn ontzenuwd en dat er geen reden is om het verdrag niet te ratificeren. Wanneer er een handelsovereenkomst wordt afgesloten met landen buiten de EU die gunstiger is dan de overeenkomst die is afgesloten binnen de EPA, zal er volgens McAndrew nagegaan moeten worden als het land binnen de EPA ook dezelfde gunstige overeenkomst zal krijgen of niet.
Vorig jaar tijdens de behandeling van het EPA-verdrag, zei NDP-fractieleider André Misiekaba in het parlement, dat Suriname er zeer bekaaid vanaf zal komen als onder de huidige condities de overeenkomst zou worden geratificeerd. Misiekaba riep de regering en het parlement met klem op het handelsverdrag nog niet goed te keuren.
Tijdens het seminar deelden Misiekaba en BuZa-minister Yldiz Pollack-Beighle, nog steeds dit standpunt. Volgens Joyce Naar, Surinaamse rechtsgeleerde in Brussel, die de regering adviseert, zal het toetreden tot de EPA het moeilijk maken om buiten de EU handelsovereenkomsten te sluiten met derden. McAndrew stelt dat binnen het EPA-verdrag er sprake is van een volwassen relatie tussen de Europese Unie en Suriname. Het is volgens hem niet zo dat de ene partij ondergeschikt is aan de andere partij. Hij stelt dat met het ratificeren van dit verdrag, de belangen van Suriname in zekere mate gewaarborgd zullen zijn. Voorts benadrukt hij dat het aanboren van markten nodig is als Suriname de export wil stimuleren. De EU blijft volgens hem een interessante markt voor ondernemers, vanwege de diaspora. “Ook andere landen blijven interessant, als afnemers van ruwe grondstoffen, halffabricaten of eindproducten.”, aldus McAndrew.
door Johannes Damodar Patak