Hoewel bekend is dat in het centrum van Paramaribo weinig parkeerplaatsen zijn, is de politie ertoe overgegaan voertuigen die rondom het Onafhankelijkheidsplein staan geparkeerd, weg te slepen, terwijl de bestuurders een boete krijgen. Deze personen moeten nu andere plekken zien te vinden om hun auto te parkeren. Op het plein mocht nooit geparkeerd worden en ook rondom het plein mocht dit niet, alleen werd er geen controle uitgeoefend. Het parkeren werd gedoogd. Daar is nu een einde aan gekomen. Iedereen die de binnenstad van Paramaribo kent, weet dat er weinig parkeergelegenheid is en hoewel het te begrijpen is dat de regering het verbod nu gaat handhaven, komt het weer over als een ad hoc maatregel om snel geld in de vorm van boetes, in de wacht te slepen. Mensen moeten zich nu opeens aan het verbod houden. Doen zij dat niet, dan riskeren zij een boete. Volgens de politie zal niet iedereen zich eraan houden en zullen er toch mensen zijn die hun auto gewoon parkeren. Dat is natuurlijk te verwachten. Mensen moeten hun auto ergens kwijt. Jarenlang werd het parkeren oogluikend toegestaan en nu, zonder enig alternatief te bieden, wordt een ieder die toch parkeert, op de bon geslingerd. Probleem is dat er weinig parkeerruimte rondom het plein is, terwijl er wel veel kantoren en dergelijke gevestigd zijn. En de  meeste mensen willen hun auto niet zodanig parkeren dat ze honderden meters moeten lopen naar het werk. Als de regering na werkuren wil optreden vanwege de drukte die er vooral op vrije en feestdagen ontstaat en vanwege de mensen die hun auto’s als jukebox gebruiken – ze parkeren hun auto om vervolgens de speakers op het hoogste volume te zetten- dan kan dat. Maar tijdens kantooruren zou er toch enig begrip moeten zijn voor de mensen die in de omgeving van het plein werkzaam zijn.