AANHOUDENDE SKALIAN PERIKELEN

Het ministerie heeft het deksel van de skalian beerput maar eventjes gelicht en zo zijn we te weten gekomen, dat er maar liefst veertig van deze milieuvervuilende monsters in onze rivieren en het stuwmeer actief zijn. Er komen regels voor deze milieuvernietigende zuigschepen volgens minister Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen. Er zal bijvoorbeeld niet meer met kwik gewerkt mogen worden. Hoe de minister dat wil bewerkstelligen, weet Joost. Sterker nog, hoe zal hij de controle op de naleving van de door hem ingestelde regel die in lijn dient te zijn met het onlangs in De Nationale Assemblee geratificeerde Minamata-verdrag, uitvoeren. Voor ons hebben we wederom te maken met een grove misleiding van de milieubewuste personen in dit land en daarbuiten. Skalians, veertig in totaal, zullen blijven werken en de controle op het niet langer gebruiken van kwik, zal nauwelijks of niet goed plaatsvinden. En dat zal uiteindelijk ook weer glashard naar buiten komen. Dodson heeft al vele malen halve waarheden en hele leugens verteld en ook nu geloven wij niet dat er iets van klopt. De belangen van de veertig skalianhouders zitten bovendien diep in de NDP verankerd en daar mag zeker Dodson die helemaal geen parlementaire dekking geniet, niet aan komen. Minamata-verdrag of niet, men zal in alle rust door mogen gaan en het milieu blijvend schade toebrengen. Ook moet de overheid heel erg voorzichtig zijn bij het verdelen van de skalian opbrengsten, want ze zal met haar nieuwe aangekondigde distributiemethoden zeker kwaad bloed zetten bij de lokale bewoners die nou eenmaal gewend zijn de nodige middelen op te strijken. Als men straks niet in alle rust meer kan werken op zo een vaartuig, moet men niet vreemd opkijken. De bewaking van de schepen zal zeker verhoogd moeten worden. In de Marowijne- en Lawarivier hebben de Fransen een heel andere benadering van het hele skalianvraagstuk. De vorige week had het slechts een haartje gescheeld of leden van het Franse vreemdelingenlegioen hadden een skalian uit Suriname gegrepen en opgeblazen. Het schip was per ongeluk van de ankers geraakt en naar de Franse oever afgedreven en op een zandbank vastgelopen. Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad om het schip vrij en uit Franse handen te krijgen. In diezelfde periode zagen de Franse commando’s die vergezeld waren van Surinaamse militairen kans, enkele goudkampen van Brazilianen te overvallen en al hun goederen in beslag te nemen. De korjalen en alle goederen werden meteen in brand gestoken nadat de buitenboordmotoren waren verwijderd. Daar maakt men tenminste korte metten met al deze vormen van illegaliteit en goudroof op de Franse oever. Hier gaat men maar door met het stelselmatig verpesten van het milieu en dat simpel en alleen, omdat er in Paramaribo mensen zijn die hun geldelijk belang superieur achten aan het milieu en daardoor flora en fauna voortdurend schade toebrengen. Dat Dodson een gebaar wenst te maken richting de naleving door Suriname van het zogeheten Minamata-verdrag, is begrijpelijk. De bewindsman moet echter niet denken dat het buitenland niet scherp in de gaten houdt of we daadwerkelijk wat doen, of dat we voor de zoveelste keer een rookgordijn opwerpen in een verwoede poging internationaal toch nog een goede beurt te maken. Men zal heus wel betrouwbare informatie zien in te winnen om te zien of Suriname conform het verdrag handelt en het daarbij verzamelen van dit soort informatie is heus geen ‘rocket science’.

More
articles