Nabestaanden 8 Decemberstrafproces trekken vordering in

De nabestaanden in het 8 Decemberstraf-proces hebben via hun raadsman, Hugo Essed, hun vordering om zich in te mengen in het strafproces, ingetrokken. Essed zegt in gesprek met journalisten, dat de Krijgsraad besloten heeft om de 38 nabestaanden als beledigde partij toe te laten. Dit houdt in dat zij geen bewijzen mogen brengen in het proces, maar wel schadevergoeding kunnen eisen. De nabestaanden hadden graag dat ook zij bewijzen konden aanleveren in deze zaak. Essed legt uit dat het verzoek van de nabestaanden als grondslag had artikel 8 van het Inter- Amerikaans verdrag voor de Rechten van de Mens. De Krijgsraad besloot dat dit artikel niet van toepassing is en besloot op basis van het Wetboek van Strafvordering dat de nabestaanden als beledigde partij toegevoegd worden in het 8 December-strafproces. De Krijgsraad moet zich over het verzoek van de nabestaanden nog uitspreken. De raadsman van de nabestaanden verwacht niet dat de Krijgsraad het verzoek zal verwerpen, aangezien het niet vertragend werkt in de zaak en de verdachten ook geen schade zullen lijden. Dat de vordering nu is ingetrokken, heeft te maken met de vlotheid van het proces. Essed leg-de uit dat er gewacht werd tot dat de zaak vlot verliep, wat volgens hem nu wel het geval is. Nadat er vonnis wordt gesproken, is het niet uitgesloten dat de nabestaanden een civielrechtelijk proces aanhangig zullen maken voor een schadevergoeding.

-door Johannes Damodar Patak-

More
articles